Het aantal ernstig verkeersgewonden is een belangrijke indicator voor de verkeersonveiligheid. Een ernstig verkeersgewonde wordt in Nederland na 2020 als volgt gedefinieerd:
Een ernstig verkeersgewonde is een slachtoffer dat als gevolg van een verkeersongeval is opgenomen in een ziekenhuis met een letselernst uitgedrukt in MAIS[1] van ten minste 3, en dat bovendien niet binnen 30 dagen overleden is aan de gevolgen van het ongeval.
Tot en met 2020 was de Nederlandse definitie nog gebaseerd op MAIS2+, terwijl de EU-definitie uitgaat van wat medisch gezien als ‘ernstig gewond’ wordt aangeduid, namelijk minimaal MAIS3. Net als eerdere jaren bespreken we in dit rapport zowel de ernstig verkeersgewonden (volgens de genoemde definitie, dus op basis van MAIS3+) als de wat we nu ‘matig verkeersgewonden’ noemen (dezelfde definitie, maar dan met letselernst MAIS2). Deze laatste groep is ruim twee keer zo groot als de groep ernstig verkeersgewonden en heeft daarom ook een hoger aandeel in de letsellast van verkeersongevallen dan ernstig verkeersgewonden. Bovendien heeft een aanzienlijk deel van deze groep als gevolg van dat letsel langdurige of blijvende beperkingen.
Het aantal ernstig verkeersgewonden nam in 2023 iets af maar stijgende tendens zet zich voort
In Nederland is geen centraal register voorhanden waarin alle ernstig verkeersgewonden zijn geregistreerd. Daarom bepaalt SWOV jaarlijks het aantal ernstig verkeersgewonden door de gegevens uit twee databronnen met elkaar te vergelijken: het Bestand geRegistreerde Ongevallen in Nederland (BRON, gebaseerd op de politieregistratie) en de Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZ, ‘de ziekenhuisregistratie’). Met deze methode kan informatie over letselernst uit de ziekenhuisregistratie gecombineerd worden met ongevalskenmerken uit BRON. Bovendien komen zo ook slachtoffers aan het licht die in de ene registratie ontbreken maar wel in de andere blijken voor te komen.
Op basis van deze methode komt SWOV tot de volgende conclusie: in 2023 vielen er naar schatting 7.400 ernstig verkeersgewonden en 18.000 matig verkeersgewonden. Hiermee is het aantal ernstig en matig verkeersgewonden in 2023 weliswaar afgenomen ten opzichte van het aantal in 2022, maar nog steeds hoger dan in de jaren daarvóór.
Ontwikkeling van het aantal ernstig en matig verkeersgewonden in de periode 2006-2023.
Methode in meer detail
De methode om het aantal ernstig en matig verkeersgewonden te bepalen, bestaat uit het koppelen van slachtoffers zoals geregistreerd in BRON en patiënten zoals geregistreerd in de LBZ. Dit gebeurt op basis van een aantal overeenkomstige of samenhangende kenmerken.
Uit de gekoppelde registraties van slachtoffers worden alleen die met letselernst MAIS2 of hoger geselecteerd. De registraties van slachtoffers die binnen 30 dagen zijn overleden, worden daaruit verwijderd. Na de koppeling vinden er nog diverse correcties plaats: een correctie voor de incompleetheid van de LBZ, een correctie voor ongevallen die niet op de openbare weg plaatsvonden, een correctie voor onderregistratie in BRON en een correctie voor misclassificaties van patiënten in de LBZ.
Ook dit jaar zijn de LBZ-gegevens van het afgelopen jaar weer aan het CBS geleverd en is – vanwege de privacywetgeving – vrijwel het hele onderzoek uitgevoerd in de beveiligde omgeving van het CBS. De bij het CBS beschikbare tijdreeks omvat de jaren 2014-2023. Daarom beperkt dit rapport zich tot deze jaren. De vaststellingsmethode van het aantal ernstig verkeersgewonden is niet gewijzigd.
Nadere kenmerken van verkeersgewonden op basis van de LBZ
Vanwege de kwaliteit van BRON kunnen we alleen een schatting maken voor het totale aantal ernstig verkeersgewonden. We kunnen geen betrouwbare uitspraken doen over uitsplitsingen naar bepaalde kenmerken zoals vervoerswijze en tegenpartij, regio et cetera. Een globale beschrijving van kenmerken (vervoerswijze, leeftijd, geslacht, regio, maand en letselernst) gebeurt daarom op basis van de kenmerken in de LBZ, die het meest compleet is voor ernstig en matig verkeersgewonden, maar minder details bevat dan BRON.
Aanbevelingen
De aanbevelingen in dit rapport richten zich vooral op de verbetering van de kwaliteit van de basisgegevens om de werkelijkheid zo goed mogelijk te kennen. Voor analyses van de hier gevonden gegevens, hoe deze gegevens zich verhouden tot gewondengegevens uit andere bronnen en de beleidsimplicaties daarvan, verwijzen we naar de jaarlijkse De Staat van de Verkeersveiligheid [2], waar dit rapport een van de achtergronden van is.
[1]. AIS staat voor Abbreviated Injury Scale. De waarde van een letsel op deze schaal representeert de ernst van het letsel. De waarde van de Maximum AIS (MAIS) representeert het ernstigste letsel bij een slachtoffer. De MAIS loopt van 1 (licht letsel) tot 6 (maximaal). De AIS is opgesteld door de Association for the Advancement of Automotive Medicine (AAAM; www.aaam.org) en wordt door de EU aanbevolen als indicator van letselernst in verkeersongevallen.
[2]. Oude Mulders, J., Aarts, L.T., Decae, R.J., Bos, N.M., et al. (2024). De Staat van de Verkeersveiligheid 2024. R-2024-18. SWOV, Den Haag.
Serious road injuries 2023; Estimate of the number of serious road injuries in 2023
The number of serious road injuries is an important indicator of road safety. Since 2020, a serious road injury in the Netherlands has been defined as follows:
A serious road injury is a road crash casualty who was admitted to hospital and whose injuries have a MAIS[1] score of at least 3 while not resulting in death within 30 days.
Up to 2020, the Dutch definition was still based on MAIS2+, while the EU definition was based on what is medically referred to as a 'serious injury', i.e., at least MAIS3. As in previous years, we discuss both the serious road injuries (according to the above definition, i.e. based on MAIS3+) and what we now call ‘moderate road injuries’ (the same definition, but with injury severity MAIS2). The latter group is more than twice as large as the group of serious road injuries and therefore has a higher share in the injury burden of road crashes than serious road injuries. Moreover, a significant share of this group has long-term or permanent disabilities as a result of that injury.
The number of serious road injuries decreased slightly in 2023 but the rising trend continues
In the Netherlands, there is no central register in which all serious road injuries are registered. Therefore, SWOV annually determines the number of serious road injuries by comparing data from two data sources: the Database of Registered Crashes in the Netherlands (BRON, based on police registration) and the National Hospital Registration (LBZ). In this way, information on injury severity from the hospital registration can be combined with crash characteristics from BRON. Moreover, casualties that are missing from one registration but appear in the other also come to light.
Based on this method, SWOV draws the following conclusion: in 2023, the estimated number of serious road injuries amounted to 7,400, and moderate road injuries to 18,000. Thus, although the number of serious and moderate road injuries in 2023 decreased compared to the number in 2022, it is still higher than in previous years.
Trends in the number of serious and moderate road injuries in 2006-2023.
Method in more detail
The method of determining the number of serious and moderate road injuries consists of linking casualties as registered in police registration BRON and patients as registered in hospital discharge register LBZ. This is done on the basis of a number of corresponding or related characteristics.
From the linked registrations of casualties, only those with injury severity MAIS2 or higher are selected. Subsequently, the casualties who died within 30 days of the crash are removed. After linking the data, several corrections take place: a correction for the incompleteness of LBZ and for crashes that did not take place on public roads, and a correction for underregistration in BRON and for misclassifications of patients in LBZ.
This year, LBZ data for the past year were again supplied to Statistics Netherlands and - due to privacy legislation - almost the entire research was conducted in the secure environment of Statistics Netherlands. The time series available from Statistics Netherlands covers the years 2014-2023. Therefore, this report is limited to these years. The method of determining the number of serious road injuries has not changed.
Further characteristics of road injuries based on LBZ
Due to the quality of BRON, we can only estimate the total number of serious road injuries. We cannot make reliable statements on breakdowns by certain characteristics such as transport mode and crash opponent, region et cetera. A global description of characteristics (mode of transport, age, gender, region, month and injury severity) is therefore done on the basis of the characteristics in LBZ, which is the most complete registration for serious and moderate road injuries, but contains less details than BRON.
Recommendations
The recommendations in this report mainly focus on improving the quality of the baseline data in order to maximise our knowledge of reality. For analyses of the data found here, how these data compare with injury data from other sources and the policy implications, we refer to the annual The State of Road Safety [2], of which this report is one of the background reports.
[1]. AIS is short for Abbreviated Injury Scale. The value of an injury on this scale indicates the severity of that injury. The value of the Maximum AIS (MAIS) represents the most serious injury a casualty has sustained. The MAIS ranges from van 1 (slight injury) to 6 (maximum). The AIS has been designed by the Association for the Advancement of Automotive Medicine (AAAM; www.aaam.org) and is recommended by the EU as the indicator of injury severity due to road crashes.
[2]. Oude Mulders, J., Aarts, L.T., Decae, R.J., Bos, N.M., et al. (2024). De Staat van de Verkeersveiligheid 2024; De jaarlijkse monitor [Backgrounds of the State of Road Safety 2024; The annual monitor]. R-2024-18. SWOV, Den Haag. [Summary available in English]