Wat zijn afwegingen voor en tegen 30km/uur-gebieden?

Antwoord

Een 30km/uur-gebied heeft, in vergelijking met 50km/uur-wegen, een positief effect op de verkeersveiligheid (zie ook de vraag Wat is het veiligheidseffect van 30km/uur-gebieden?) en ook op de leefbaarheid: het geluidsniveau van het verkeer is lager, de oversteekbaarheid van de straat is beter, de uitstoot van uitlaatgassen is lager.

Een 30km/uur-gebied heeft, per definitie, een negatief effect op de doorstroming, reistijd en bereikbaarheid voor gemotoriseerd verkeer. Ook het rijcomfort wordt door drempels, plateaus, wegversmallingen en asverspringingen negatief beïnvloed. De vraag is wel hoe zwaar deze nadelen moeten wegen. Een 30km/uur-gebied is immers een verblijfsgebied en per definitie niet bedoeld voor een goede doorstroming, bereikbaarheid en korte reistijden. Maar als het gebied te groot is, wordt de hoeveelheid verkeer te groot op de straten waar men het gebied in-/uitgaat. Van Minnen [11] beveelt een maximale omvang van 200 ha aan.

Of een gebied wordt ingericht als een 30km/uur-gebied en hoe groot dat gebied is, is de beslissing van de wegbeheerder. Deze weegt daartoe verschillende aspecten tegen elkaar af: wensen ten aanzien van doorstroming en bereikbaarheid, huidige verkeersintensiteiten, de aanwezigheid van alternatieve routes, wensen van buurtbewoners, eisen voor aanrijtijden hulpdiensten, OV-routes (lijnbussen), en bevoorrading van winkels en bedrijven. Uiteraard spelen ook de kosten een rol. In 2000 schatte de SWOV de kosten van maatregelen om 30km/uur-gebieden sober in te richten op ongeveer 22.000 euro per kilometer [12]; bij het prijspeil van 2016 is dit ongeveer 29.350 euro per kilometer [i].


Onderdeel van factsheet

30km/uur-gebieden

Een 30km/uur-gebied wordt ook wel een ‘zone 30’ of ‘verblijfsgebied’ genoemd.

Deze factsheet gebruiken?