Cahier Loslaten in vertrouwen : beschouwingen van adviesraden over een nieuwe verhouding tussen overheid, markt én samenleving.

Author(s)
-
Year
Abstract

De Raad voor het openbaar bestuur (Rob) heeft bij het opstellen van zijn advies Loslaten in vertrouwen (november 2012) dankbaar gebruik kunnen maken van de inbreng van andere adviesraden. In dat advies gaat de Rob op verzoek van de minister van BZK in op de vraag op welke wijze en onder welke voorwaarden het politieke bestuur publieke taken kan loslaten en overlaten aan andere dan overheidsorganisaties. De minister spreekt van ‘vermaatschappelijking’. Verschillende adviesraden hebben op verzoek van de Rob afzonderlijke teksten aangeleverd over ‘vermaatschappelijking’. Met hun inbreng en hun commentaar op concept-teksten van het Robadvies hebben zij een belangrijke bijdrage geleverd aan het advies en is een unieke samenwerking tussen vrijwel alle adviesraden gerealiseerd. De aangeleverde teksten zijn bijeengebracht in dit cahier dat uit drie delen bestaat. Deel I bestaat uit een bijdrage van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling waarin Bart Drenth, Paul Frissen en Rienk Janssens kritisch reflecteren op het advies van de Rob én op de adviesaanvraag. In hun ogen moet een nieuwe doordenking van de verhouding tussen overheid en samenleving niet starten bij een overdacht van taken door de overheid, maar moet zij beginnen bij de samenleving zelf: de organisatie van publieke goederen ligt in eerste instantie in handen van de samenleving. Deel II bevat bijdragen waarin vermaatschappelijking op de verschillende beleidsdomeinen van diverse adviesraden centraal staat. De bijdrage van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken gaat in op bestaande en mogelijke vormen van vermaatschappelijking bij de uitvoering van het vreemdelingenbeleid. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een adviesrol voor de lokale gemeenschap ten behoeve van de toepassing van de discretionaire bevoegdheid van de minister voor Immigratie en Asiel. In de tekst namens de Onderwijsraad gaat Simone de Bakker in op de vraag hoe de ‘bemoeienis’ van alle actoren in het onderwijsveld (overheid, ouders, leerlingen/studenten en maatschappelijk belanghebbenden) zodanig kan worden vormgegeven dat onderwijsinstellingen — in essentie waardengemeenschappen — in de maatschappij verankerd zijn. Namens de Raad voor het openbaar bestuur schetst Pieter de Jong1 hoe de woningcorporaties zich hebben ontwikkeld: ooit ontstaan uit particulier initiatief, daarna verstatelijkt en uiteindelijk verzelfstandigd, waarbij het een grote opgave is voor woningcorporaties hun legitimatie — weer — vooral te zoeken op het domein van de samenleving. In het hoofdstuk van de Raad voor Cultuur betoogt Klazien Brummel dat in de culturele sector van oudsher staat, burgers en markt moeilijk van elkaar te scheiden zijn. De periode tussen en 1960 en 1990 kenmerkte zich weliswaar door een dominante rol van de overheid in de culturele sector, maar in de geschiedenis is dat een uitzonderlijke situatie, aldus Klazien Brummel. Bart Swanenvleugel gaat in een hoofdstuk dat is geïnitieerd door de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur in op de voorwaarden voor succesvolle vermaatschappelijking op het fysieke domein. In zijn ogen is daar de belangrijkste voorwaarde voor succes dat bij het overdragen van publieke taken, de samenleving de feitelijke initiatiefnemer daartoe moet zijn. In het hoofdstuk namens de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg beschrijft Ingrid Doorten onder welke voorwaarden de overheid publieke belangen in de gezondheidszorg kan borgen door veldpartijen. Rolverduidelijking en rolvastheid van alle betrokken spelers zijn daarbij essentieel. Van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid zijn twee bijdragen opgenomen: samenvattingen van de in 2012 verschenen WRR-rapporten Publieke zaken in de marktsamenleving en Vertrouwen in burgers. Beide rapporten raken op hun eigen wijze aan het thema van Loslaten in vertrouwen. Deel III bevat twee bijdragen waarin vanuit de wetenschap een kritische reflectie op vermaatschappelijking wordt gegeven. Namens de Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid schetst Dorette Corbey dat wetenschap as usual niet voldoet om grote maatschappelijke uitdagingen op een vruchtbare wijze aan te gaan. Vermaatschappelijking of sociale innovatie zijn daarvoor nodig. De tijden dat de samenleving maakbaar was en de overheid de maker, zijn voorbij. Het laatste hoofdstuk van dit cahier is afkomstig van de Sociaal-Wetenschappelijke Raad van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Het betreft een verkorte weergave van het advies Kwetsbaarheid en veerkracht van maatschappelijke systemen uit 2011. Betoogd wordt dat het overkoepelende thema ‘kwetsbaarheid en veerkracht van maatschappelijke systemen’ de sociale wetenschappen de ruimte biedt voor een multidisciplinaire aanpak van de analyse van de kwetsbaarheid en de identificatie van de veerkracht van uiteenlopende maatschappelijke systemen. Langs die weg kunnen de sociale wetenschappen bijdragen aan een beter functionerende samenleving. (Author/publisher)

Publication

Library number
20150868 ST [electronic version only]
Source

's-Gravenhage, Raad voor het Openbaar Bestuur Rob, 2012, 150 p., ref. - ISBN 978-90-5991-073-7

Our collection

This publication is one of our other publications, and part of our extensive collection of road safety literature, that also includes the SWOV publications.