Evaluatie kruispuntmaatregel Krabbendijke : evaluatiestudie naar 50 km/uur-maatregel op het kruispunt Oude Rijksweg/J.W. Frisostraat. In opdracht van de provincie Zeeland, Directie Infrastructuur en Vervoer.

Geconcludeerd wordt, dat aangezien de snelheid fors is gedaald, de verkeersveiligheid is toegenomen. Dit wordt ondersteund door de afname in het aantal conflicten en ontmoetingen ondanks een hoger aanbod van (bromfiets)verkeer. Wel is er een toename in het aantal conflicten met langzaam verkeer. Dit wordt verklaard door het feit, dat (brom)fietsers meer risico’s nemen bij het oversteken nu de snelheid van het gemotoriseerde verkeer is gedaald. Gesteld wordt, dat "gezien het overwegend positieve effect van de maatregel, de maatregel een goed middel lijkt om de verkeersveiligheid op de 80 km/uur wegen, waarbij sprake is van een geconcentreerde oversteek van langzaam verkeer, te verhogen." Inhoudsopgave van het document: 1. Opzet onderzoek 2. Resultaten voor-onderzoek 3. resultaten na-onderzoek 4. evaluatie maatregel. Probleemstelling en doelstelling: Evaluatie van een experimentele 50 km/u maatregel bij een gevarenpunt op een 80 km/u weg. De maatregel bestaat uit de constructie van twee 50 km/u plateaus op de hoofdweg op 100 meter van het kruispunt en uitbuiging en verhoging van de fietsoversteken over de zijweg. Werkwijze: De evaluatie is uitgevoerd met behulp van conflictobservaties en het in beeld brengen van ontmoetingen zowel in de voor- als in de na-situatie. Ook zijn snelheidsmetingen verricht. Conflictobservaties werden uitgevoerd op basis van de DOCTOR techniek; het waarnemen van ontmoetingen werd uit deze techniek afgeleid. In de voorperiode is in totaal 12 uur geobserveerd op twee door de weekse dagen in oktober 1996, in de ochtend-, de middag- en de avondspits (blokken van twee uur). De nameting vond plaats in april 1997, op dezelfde dagen en perioden als de voormeting. Effecten/resultaten: Tijdens de na-metingen zijn 34% meer (brom)fietsers waargenomen. Het aantal kruispuntpassages van gemotoriseerd verkeer in voor- en naperiode zijn niet vergelijkbaar. De snelheid is tijdens de nameting aanzienlijk gedaald in vergelijking met de voormeting (90-percentiel voor: 92 km/u; 90-percentiel na: 57 km/u). In de voorsituatie zijn 19 conflicten waargenomen, in de nasituatie 15 conflicten. Met name het aantal kop-staart conflicten is afgenomen (van 10 naar 5), het aantal frontale en haakse conflicten is gelijk gebleven. De ernst van de conflicten is evenmin veranderd. In de voorsituatie hebben 17 van de 19 conflicten plaatsgevonden tussen twee gemotoriseerde voertuigen; in de na-situatie is bij 5 van de 15 conflicten langzaam verkeer betrokken. Ook het aantal ontmoetingen is sterk gedaald.