In 2004 besloot Rijkswaterstaat om nieuwe verlichtingsinstallaties langs autosnelwegen dynamisch uit te voeren. Bij weinig verkeer wordt het licht gedimd tot 20%; in natuurgebieden gaat het licht bij weinig verkeer helemaal uit. Natuurlijk kan dat alleen als de omstandigheden (weer, calamiteit, wegwerkzaamheden) het toelaten. Dit nieuwe beleid is destijds vastgelegd in het 'Uitvoeringskader Verlichting'. Hiermee is tegemoet gekomen aan de maatschappelijke vraag om minder energiegebruik en minder lichthinder. Op operationeel niveau riep dit nieuwe beleid echter veel vragen op. Wat te doen bij mist? Wat is een natuurgebied? Hoe faseer ik de implementatie? Welke koppelingen moeten worden gelegd in een verkeerscentrale? Wat moeten wegendistrict en verkeerscentrale afstemmen? Is nachtelijk schouwen nu niet meer nodig? Deze vragen, en nog veel meer, worden beantwoord in het Handboek Dynamische Verlichting Autosnelwegen. Het Handboek is geschreven door leden van het Adviescentrum Openbare Verlichting (AOV) en getoetst door leden van de Initiatiefgroep Openbare Verlichting (IOV). Het AOV is een samenwerkingsverband tussen verschillende specialistische diensten van Rijkswaterstaat. De IOV is een werkvloeroverleg waaraan onder andere de Regionale Diensten en Provincies deelnemen. (Author/publisher)
Abstract