Ondanks de recente verbeteringen scoort België nog steeds boven het Europese gemiddelde wat betreft het aantal verkeersslachtoffers. Verkeersongevallen vormen één van de belangrijkste doodsoorzaken voor kinderen en jongeren onder de 18 jaar. In 2002 (de meest recente statistieken opgesplitst naar leeftijd) zijn 10.2041 kinderen jonger dan 18 jaar betrokken bij een verkeersongeval. Dit komt overeen met 46 op 10.000 kinderen. De hoogste ongevallencijfers zijn terug te vinden bij kinderen vanaf 13 jaar. Dat is te verklaren door het groot aantal ongevallen met jonge fietsers. De verkeersonveiligheid heeft de zelfstandige bewegingsvrijheid van kinderen ernstig ingeperkt. Veel ouders laten hun kinderen niet meer alleen buiten spelen of zelfstandig naar school gaan. Nochtans is het, juist in ons huidige drukke verkeer, noodzakelijk dat kinderen voldoende ervaring opdoen om zich veilig te kunnen verplaatsen. Bovendien biedt de achterbank van een auto niet echt bescherming. Als we het aantal omgekomen kinderen opsplitsen naar type weggebruiker, dan blijkt 32 % van de kinderen, die in 2002 slachtoffer werden van een ongeval, een passagier te zijn in een wagen. Met deze publicatie willen we het belang van de zelfstandige mobiliteit voor kinderen onder de aandacht brengen. Immers door onze kinderen altijd van hier naar daar te voeren, dreigen we veel verloren te laten gaan. Veel en regelmatig bewegen op jonge leeftijd heeft een gunstige invloed op de motorische ontwikkeling van het kind. Deze betere motorische vaardigheden zullen zich vertalen in een verminderde kwetsbaarheid in het verkeer. (Author/publisher)
Abstract