Overlijdensverklaringen en artsen : wet en praktijk. Proefschrift Vrije Universiteit Amsterdam.

Author(s)
Das, C.
Year
Abstract

In Nederland is de regelgeving over het afgeven van overlijdensverklaringen grotendeels ondergebracht in de Wet op de Lijkbezorging (WLB). In tegenstelling tot omringende landen bestaat in Nederland geen aparte wettelijke regeling voor de lijkschouw en het afgeven van overlijdensverklaringen. Uitgangspunt in de Nederlandse regelgeving is dat de behandelend arts de overledene schouwt en een verklaring van overlijden afgeeft, waarna het lijk begraven of gecremeerd wordt. Als niet vaststaat dat de aard van het overlijden natuurlijk is of als er geen behandelend arts beschikbaar is, dient een forensisch arts ingeschakeld te worden. Eén van de taken van een (eerstelijns) forensisch arts is het optreden als gemeentelijk lijkschouwer. Deze verricht een lijkschouw op verzoek van de behandelend arts of op verzoek van de politie. Afhankelijk van zijn oordeel wordt de officier van justitie wel of niet bij de zaak betrokken. Bij het oordeel natuurlijke dood is de zaak voor de politie gewoonlijk afgedaan. Bij twijfel aan een natuurlijke dood of bij een niet-natuurlijke dood wordt de officier van justitie bij de zaak betrokken. Er zijn aparte overlijdensverklaringen voor een natuurlijke dood en voor een niet-natuurlijke dood. De A-verklaring is een formulier, bestemd voor de burgerlijke stand, waarop bij een natuurlijke dood de personalia van de overledene en de plaats en de datum van overlijden moet worden ingevuld; er bestaan twee varianten, één voor de behandelend arts en één voor de gemeentelijk lijkschouwer. Na ontvangst van dit formulier geeft de ambtenaar van de burgerlijke stand een verlof tot begraven af. Bij een niet-natuurlijke dood of twijfel aan een natuurlijke dood dient de gemeentelijk lijkschouwer volgens de wet de burgerlijke stand te waarschuwen en het ‘verslag van een niet-natuurlijke dood’, het zogenaamde artikel 10-formulier in te vullen. Dit formulier is bestemd voor de officier van justitie. Het lijk kan pas begraven worden als de officier van justitie een verklaring van geen bezwaar tegen begraven aan de ambtenaar van de burgerlijke stand heeft afgegeven. Daarnaast bestaat het B-formulier, de geheime doodsoorzaakverklaring, bestemd voor het Centraal Bureau voor de Statistiek, dat bij elk sterfgeval ingevuld moet worden. Op grond van praktijkervaringen bestaat de indruk dat regelmatig bij een niet-natuurlijke dood of bij twijfel aan een natuurlijke dood een verklaring van natuurlijk overlijden wordt afgegeven. Daardoor komen zaken met strafrechtelijke implicaties niet ter kennis van justitie. Het doel van dit onderzoek is na te gaan hoe het afgeven van overlijdensverklaringen geregeld is, hoe behandelend artsen en gemeentelijk lijkschouwers de begrippen natuurlijke dood en niet-natuurlijke dood hanteren en in welke gevallen en door wie de gemeentelijk lijkschouwer wordt ingeschakeld. (Author/publisher)

Request publication

3 + 12 =
Solve this simple math problem and enter the result. E.g. for 1+3, enter 4.

Publication

Library number
20110614 ST [electronic version only]
Source

Amsterdam, Vrije Universiteit Amsterdam, 2004, 120 p., 79 ref.

Our collection

This publication is one of our other publications, and part of our extensive collection of road safety literature, that also includes the SWOV publications.