Het kabinet heeft in het regeerakkoord de ambitie uitgesproken een systeem van Anders Betalen voor Mobiliteit (ABvM) in te voeren. Het systeem dient te voldoen aan de volgende eigenschappen: - De weggebruiker dient een vergoeding te betalen naar rato van het aantal kilometers dat wordt afgelegd, de zogeheten kilometerprijs; - De kilometerprijs voor het gebruik van weginfrastructuur kan gedifferentieerd worden naar tijd, plaats en milieukenmerken; - De vaste laste voor de weggebruiker in de vorm van belasting personenauto’s en motorrijwielen (BPM), motorrijtuigenbelasting (MRB) en mogelijk eurovignet dienen evenredig te worden afgebouwd opdat het effect van de invoering van kilometerprijs per saldo lastenneutraal is; - De maximale hoogte van de systeem- en inningskosten mogen niet meer dan 5% van de opbrengsten bedragen. Het kabinet heeft tevens de ambitie uitgesproken reeds in deze kabinetsperiode een eerste fase te implementeren als zijnde een ‘tussenfase’, in acht nemende het gegeven dat een systeem zoals bovenstaand beschreven niet realiseerbaar is in deze kabinetsperiode. Voorzien is dat een dergelijk ‘eindbeeld’ pas in de volgende kabinetsperiode zijn beslag zal kunnen krijgen. De projectorganisatie Anders Betalen voor Mobiliteit (ABvM) onder verantwoordelijkheid van de DG Personenvervoer (DGP) is momenteel bezig invulling te geven aan een dergelijke fase, naast de voorbereiding van de invoering van het eindbeeld. Dit geschiedt in overleg met andere onderdelen van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat en andere departementen. Het kabinetsbesluit, dat gepland staat voor september 2007, dient richting te geven aan de verdere uitwerking van de tussenfase in termen van: - Principe en scope van beprijzen (wie betaalt wat waar*) inclusief wijze van afbouw MRB/BPM; - Keuze systeemconcept (DSRC en/of ANPR en/of GPS*); - Inkoopstrategie (wijze van organisatie en aanbesteding tussenfase, mate en wijze van private betrokkenheid); - Besluitvormingsproces (wie beslist wanneer over wat*); - Communicatieplan; - Projectorganisatie tussenfase; - Beschikbaar stellen budget. Dit document voert een analyse uit welke van de mogelijke organisatiemodellen, gegeven de context en randvoorwaarden, het meest geschikt is voor de tussenfase. Deze analyse heeft de vorm van een kwantitatieve en kwalitatieve Publiek Private Comparator (PPC). Op basis van de PPC zal besluitvorming plaatsvinden over het organisatiemodel en daaruit volgend de vorm van de (mogelijke) aanbesteding van de tussenfase. De tussenfase is een project dat op een aantal manieren georganiseerd kan worden tijdens de verschillende fasen van het project: van aanbesteding, ontwikkeling, realisatie tot en met exploitatie. Aan de hand van de Public Private Comparator (PPC) worden de mogelijke organisatiemodellen met elkaar vergeleken in termen van risico’s, kosten en baten. Daar het hier gaat om een sterk ICT-gerelateerd project, met een aanzienlijke ontwikkel-component, is de kwalitatieve vergelijking op aspecten beheersbaarheid, haalbaarheid en maakbaarheid van groter belang dan de zuiver kwantitatieve analyse. Hierbij dient bedacht te worden dat er nog een groot aantal variabelen en onbekenden zijn in het project ABvM die komende tijd hun invulling zullen krijgen, zoals: de scope van het project staat niet vast, het Programma van Eisen is nog niet gedefinieerd, er is nog geen technische voorkeursvariant (zelfs GPS valt nog niet geheel uit te sluiten), er is nog geen harde planning voor de uitrol van de activiteiten (logisch want er is nog geen definitieve scope) et cetera. Deze PPC is dan ook gebaseerd op de huidige inzichten met alle onzekerheden van dien, en is in zijn analyse meer richtinggevend dan bepalend. Wat doet de PPC niet: - Geen beoordeling van de technische varianten onderling (wel worden de onderscheidende kenmerken van de varianten, zoals complexiteit, risicoprofiel, beheersbaarheid en dergelijke, impliciet meegenomen in de beoordeling van de organisatiemodellen onderling); - Geeft geen oordeel welke organisatie (publiek of privaat) het meest geschikt zou zijn om een bepaalde rol te vervullen. Het volgende hoofdstuk introduceert de PPC in de context van de tussenfase ABvM. Het presenteert het speelveld en het krachtenspel dat van invloed is op het te kiezen organisatiemodel. Hoofdstuk 3 gaat in op de definities en uitgangspunten van de tussenfase ABvM. Hoofdstuk 4 gaat in op de mogelijke technische varianten van de tussenfase. In hoofdstuk 5 worden de beoordelingscriteria uit de doeken gedaan en wordt de argumentatie achter de beoordeling weergegeven. Ook wordt de eindscores van het kwalitatieve deel gepresenteerd. In hoofdstuk 6 vind een synthese plaats van de beoordeling. In hoofdstuk 7 worden conclusies en aanbevelingen gedaan. (Author/publisher)
Abstract