De gemeenteraadsverkiezingen van 6 maart 2002 vormen voor het Fietsberaad aanleiding het project ‘Verkiezingen’ uit het werkplan op te pakken. Dit project kan een opstap zijn voor een meer omvattend project dat zich richt op de bredere problematiek van beïnvloeding van lokaal beleid voor fietsverkeer, om fietsbeleid een sterke plaats te geven in het gemeentelijke beleid. In dit verband heeft het Fietsberaad behoefte aan inzicht in de kenmerken van fietsbeleid zoals dat is uitgewerkt in diverse gemeentelijke collegeprogramma’s. Teneinde dit inzicht te genereren, heeft Research voor Beleid een onderzoek uitgevoerd dat was opgebouwd uit de volgende onderdelen: • inventarisatie van tekstpassages over fietsbeleid in collegeprogramma’s; • interviews met wethouders, ambtenaren en leden van de Fietsersbond; • analyse en rapportage. In het onderzoek zijn 25 gemeenten betrokken geweest. Hierbij was een selectiecriterium dat in de gemeente een afdeling van de Fietsersbond actief is. Dit maakt het namelijk mogelijk een beeld te krijgen van het fietsbeleid zowel vanuit de gemeentelijke visie als vanuit een partij die het beleid kritisch volgt. Naast de tien grootste gemeenten van Nederland zijn vijftien andere gemeenten geselecteerd op basis van de notitie1 ‘De fiets in collegeprogramma’s’ van de Fietsersbond en de ‘Fietsbalans’. Uiteindelijk zijn de volgende gemeenten bij de eerste fase van het onderzoek betrokken: Almere, Amsterdam, Apeldoorn, Arnhem, Assen, Breda, Delft, Den Haag, Deventer, Eindhoven, Enschede, Groningen, Haarlem, Helmond, Hengelo, Maastricht, Meppel, Nieuwegein, Nijmegen, Rotterdam, Schiedam, Tilburg, Utrecht, Veenendaal en Zwolle. Bijlage 1 bevat de onderzoeksvragen en geeft informatie over de selectiemethode. (Author/publisher)
Samenvatting