De ontwikkeling van de rijvaardigheid van jonge bromfietsers

Een vervolgmeting in 2001, een jaar na een eerder experiment in Leeuwarden
Auteur(s)
Goldenbeld, Dr. Ch.; Houwing, S.; Craen, S. de
Jaar
In het najaar van 2000 werd een wetenschappelijk experiment opgezet om na te gaan hoe de rijvaardigheid van jonge bromfietsers beïnvloed zou kunnen worden door een praktische rijopleiding van zestien uur. Voor en na het volgen van een rijopleiding werd een groep jonge bromfietsers getest op voertuigbeheersing en op rijden in het verkeer. Ter vergelijking werd een overeenkomstige groep jonge bromfietsers, die echter de opleiding niet hadden gevolgd, ook tweemaal getest. De resultaten gaven inzicht in de rijvaardigheid van jonge bromfietsers en in de mate waarin een gerichte opleiding de rijvaardigheid in het verkeer zou kunnen verbeteren. Bijna een jaar na de test werd alle 46 proefpersonen verzocht zich opnieuw op rijvaardigheid te laten testen. In dit rapport wordt verslag gedaan van de resultaten van deze vervolgmeting, die een nader inzicht verschaffen in de manier waarop de rijvaardigheid van jonge bromfietsers zich op langere termijn ontwikkelt. De resultaten zijn mede van belang in verband met de toezegging van de Minister van Verkeer & Waterstaat dat een praktisch rijexamen voor bromfietsers per 1 juni 2003 ingevoerd zal worden. De resultaten van het onderzoek geven een tweeledig beeld. Gemeten naar de gemiddelde score op de verschillende rijvaardigheidsonderdelen, tonen de cursisten over de periode van een jaar behoud van hun verhoogde rijvaardigheid en slaagt de groep niet-cursisten erin hun relatief lage niveau te verbeteren. Het beeld is minder positief als wordt gekeken naar het slagingspercentage na de rijvaardigheidstest. Dat blijft voor de niet-cursisten zeer laag (<10%) en loopt bij de cursisten terug van 43% bij de eerste nameting tot 19% bij de tweede nameting. Hoewel de cursisten gemiddeld genomen op hetzelfde niveau blijven, krijgen ze toch een onvoldoende voor één van de onderdelen van rijvaardigheid en zijn dus gezakt. Hoewel een rijopleiding de rijvaardigheid in betrekkelijk korte tijd aanzienlijk kan verbeteren en hoewel jonge bestuurders in staat zijn dit effect gemiddeld genomen redelijk vast te houden, is er dus toch sprake van verslechtering van het rijgedrag op specifieke onderdelen. De implicaties van deze bevinding worden geplaatst in de context van de discussie over Permanente Verkeerseducatie. Belangrijke constateringen zijn dan de volgende. Zonder rijopleiding slagen jonge bromfietsers er niet in zich op een termijn van meerdere maanden of een jaar te ontwikkelen tot vaardige en veilige verkeersdeelnemers. Spontaan, zelfstandig leren in het verkeer komt wel voor, maar is een te grillig proces. Het rijden volgens de officiële examennorm wordt niet benaderd. De groep personen die een opleiding volgt, ontwikkelt in versnelde mate een betere rijvaardigheid die een groep zonder opleiding niet kan benaderen, ofschoon ook zonder opleiding wel enige verbetering optreedt. Een rijopleiding brengt dus een aanzienlijke versnelling aan in het leerproces en zorgt dus ook voor een langere periode van (vergelijkenderwijs) veilig rijden. Jonge bromfietsers zullen na het examen een eigen rijstijl gaan ontwikkelen, waarin een deel van de geleerde vaardigheden weer afneemt. Om dit te voorkomen zou de opleiding geoptimaliseerd moeten worden. Overwogen kan worden om jonge bromfietsers te begeleiden via een langer lopend educatief traject, waarin sprake is van meerdere toetsings- of feedbackmomenten en waarin ook de motivatie de aangeleerde vaardigheden te blijven toepassen, expliciet aan de orde komt.
Development of driving skills of young moped riders; Follow-up measurement in 2001, one year after an earlier experiment in the city of Leeuwarden In October-November 2000, a field experiment was done in the traffic environment of Leeuwarden, to study the effects of a 16-hour moped driver training on the driving skills of young, inexperienced Dutch moped riders. Young moped riders were tested on their driving skills in actual traffic conditions about one week before and one week after they had followed the moped driver course. A comparable group that had not followed the special course, was also tested twice. In a report by Goldenbeld & Houwing (2001) the results of the experiment were discussed. This report presents the results of a follow-up measurement of driving skills of35 of the original 46 test participants, about eleven months after their last driving test. The present results give insight into the long-term development ofdriving skills of both groups of moped riders, those who had followed the training course, and those who had not. The results are relevant in the light of the promise of the Minister of Transport and Public Works, to introduce a legal driving exam for moped riders as from 1st July 2003. The results present an ambiguous picture. Considered in terms of average driving performance, the group of trainees shows a constant performance level between the first measurement and the second measurement, eleven months later. The group of non-trainees shows improvement in their average performance in this same period. Considered in terms of pass rate on the driving test, the picture is less rosy. The group of non-trainees has a constant low level pass rate (< 10%) after both measurements. The group of trainees shows a fall in pass rate from the first measurement (43%) to the second measurement (19%). It can be concluded that, whereas on average the trainees succeed in maintaining their improved driving performance, they fail to do so on all relevant aspects of their performance, causing them to fail the test in official Dutch exam terms. The implications of these findings are presented within the context of the discussion about the concept of Continuous Traffic Education. Subsequently, the following observations should be noted. Without a practically oriented driving education, young moped riders are unable to acquire the ability to drive safely and according to the rules. Spontaneous, autonomous learning does occur within traffic, but this constitutes a capricious process and it cannot take the young moped rider to the level of the official exam norm. A group of trainees quickly develops better driver abilities; abilities that a group without the benefit of training cannot acquire, even if the latter group also improves its abilities somewhat. Essentially, a driving trainingresults in a considerable acceleration and optimization of the learning process. However, young moped riders will develop their own driving style after the training or the exam; a style which is characterized by a deterioration of their driving skills. To avoid this deterioration, it is proposed to optimise the driving course. It can be considered to accompany the young moped riders via a long-term educational programme with repeated short tests or feedback moments, paying careful attention to the motivation of young moped riders toapply their driving skills to the full in all situations.
Rapportnummer
R-2002-10
Pagina's
36 + 28
Gepubliceerd door
SWOV, Leidschendam

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.