De Zeeuwse Staat van de Verkeersveiligheid 2023

Auteur(s)
Oude Mulders, J.; Uijtdewilligen, T.; Decae, R.J.; Bos, N.M.
Jaar

Dit rapport biedt een verkeersveiligheidsanalyse voor de provincie Zeeland, analoog aan de landelijke Staat van de Verkeersveiligheid die SWOV jaarlijks publiceert. De volgende onderwerpen komen aan bod:

  • ontwikkelingen in aantallen verkeersdoden (2013-2022) en ernstig verkeersgewonden (2014-2022) in Zeeland, uitgesplitst naar verschillende kenmerken zoals leeftijd en vervoerswijze van het slachtoffer;
  • ontwikkelingen in de mate van blootstelling, zoals de mobiliteit van verschillende vervoerswijzen en de bevolkingssamenstelling;
  • ontwikkelingen in risico, mortaliteit en morbiditeit: aantallen slachtoffers per hoeveelheid blootstelling;
  • ontwikkelingen op het gebied van risico-indicatoren: wegkenmerken, omstandigheden of gedragingen die sterk samenhangen met verkeersveiligheid;
  • een duiding van de maatschappelijke kosten van ernstige verkeersslachtoffers in Zeeland en verwachtingen voor aantallen slachtoffers in de toekomst.

Waar mogelijk worden de ontwikkelingen in Zeeland vergeleken met de ontwikkelingen in heel Nederland. In de (landelijke) Staat van de Verkeersveiligheid 2023 werden zeer forse stijgingen in aantallen ernstige verkeersslachtoffers vastgesteld, die slechts ten dele verklaard konden worden door blootstelling en ontwikkelingen in risico-indicatoren.[1]

De belangrijkste bevindingen zijn:

In 2022 vielen er 23 verkeersdoden in Zeeland. In tegenstelling tot de landelijke trend, stijgt het aantal verkeersdoden in Zeeland niet, al is van een duidelijk dalende trend ook geen sprake. Voor uitsplitsingen naar kenmerken van verkeersdoden hebben we, vanwege kleine aantallen per jaar, de periode 2018-2022 vergeleken met 2013-2017. Daarin valt het volgende op:

  • Er vielen in 2018-2022 opvallend minder verkeersdoden in de zomermaanden juli en augustus dan in 2013-2017.
  • Het aantal verkeersdoden onder auto-inzittenden is significant gedaald in Zeeland. De landelijk significante stijging in het aantal verkeersdoden onder fietsers is niet in Zeeland geobserveerd.
  • Er zijn in 2018-2022 minder doden gevallen na aanrijding met een auto of bestel-/vrachtauto dan in 2013-2017. Het aantal doden na enkelvoudige ongevallen (d.w.z., zonder tegenpartij, mogelijk wel een botsobject) is onder auto-inzittenden gelijk gebleven, maar voor andere vervoerswijzen gestegen ten opzichte van de eerdere periode.
  • De landelijk sterke stijging in het aantal verkeersdoden onder 65-plussers is niet in Zeeland geobserveerd, waar juist sprake is van een niet-significante daling. De leeftijdsverdeling van verkeersdoden in Zeeland is gelijkmatiger dan in Nederland als geheel.
  • Het aantal verkeersdoden op provinciale wegen is in Zeeland significant gedaald. Daarentegen is het aantal verkeersdoden op gemeentelijke wegen gestegen, vooral op wegen met een maximumsnelheid van 50 km/uur.
  • Het aantal verkeersdoden in 2023 is nog niet bekend, maar ligt naar verwachting iets lager dan in 2022.

In 2022 vielen er naar schatting 190 ernstig verkeersgewonden (volgens de nieuwe definitie van ernstig verkeersgewond op basis van letselernst MAIS3+) en nog eens 310 matig verkeersgewonden (letselernst MAIS2) in Zeeland.[2] Voor ernstig verkeersgewonden hebben we de periode 2019-2022 vergeleken met de periode 2015-2018; vanwege onzekerheden rondom de data zijn aantallen afgerond op tientallen.

  • Het totale aantal ernstig verkeersgewonden (MAIS3+) in Zeeland stijgt langzaam over de jaren, net als landelijk.
  • Het aantal matig verkeersgewonden (MAIS2) in Zeeland is stabiel over de tijd, net als landelijk.
  • Onder de ernstig verkeersgewonden bevinden zich de laatste jaren significant meer fietsers en meer zeventigers.
  • De volledige stijging in het aantal ernstig verkeersgewonden onder fietsers heeft plaats­gevonden in ongevallen zonder betrokkenheid van een motorvoertuig.
  • Het aantal ernstig verkeersgewonden in 2023 is nog niet bekend; op basis van de huidig beschikbare gegevens lijkt dit in Zeeland op eenzelfde niveau te liggen als in 2022.

Qua blootstelling valt het volgende op:

  • De mobiliteit (afgelegde afstand in reizigerskilometers) in Zeeland daalde in 2020. Sindsdien is de automobiliteit weer iets gestegen, maar niet terug op pre-coronaniveau, terwijl de fiets- en wandelmobiliteit in 2022 hoger zijn dan voor de coronacrisis.
  • De bevolkingsomvang in Zeeland is stabiel, wel is er sprake van sterkere vergrijzing dan op landelijk niveau. Dit maakt de (niet-significante) daling in het aantal verkeersdoden onder ouderen nog opvallender.
  • De mortaliteit en morbiditeit (respectievelijk aantal verkeersdoden en aantal ernstig verkeersgewonden per miljoen inwoners) zijn in Zeeland hoger dan landelijk. Dit kan wellicht te maken hebben met het toeristische karakter van (delen van) Zeeland, maar dit is niet vast te stellen door gebrek aan gegevens over mobiliteit van buitenlandse toeristen en de herkomst van slachtoffers.
  • Het risico (aantal ernstige slachtoffers per afgelegde afstand) is het hoogst voor berijders van gemotoriseerde tweewielers (bromfietsen, snorfietsen, motorfietsen). De risicocijfers per vervoerswijze in Zeeland verschillen niet of nauwelijks met het landelijke beeld. Het risico om te overlijden voor ouderen was in Zeeland de laatste jaren lager dan landelijk.
  • Het risico om ernstig gewond te raken in het verkeer is in Zeeland grofweg vergelijkbaar met Nederland als geheel. Hier is het risico voor gemotoriseerde tweewielers wat lager dan landelijk. Ook hier is het risico voor ouderen wat lager dan het landelijk gemiddelde.

Risico-indicatoren zijn bijvoorbeeld wegkenmerken of gedragingen die sterk verband houden met verkeersveiligheid, en die een belangrijke rol spelen bij het risicogestuurd werken, zoals afgesproken in het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030. De metingen van risico-indicatoren zoals gedefinieerd door het Kennisnetwerk SPV zijn maar zeer beperkt beschikbaar op provinciaal niveau; er zijn wel veel lopende initiatieven om relevante data te verzamelen en te ontsluiten. Er zijn op dit moment geen provinciale data beschikbaar over veilige wegen (behalve van risico­analyses per wegbeheerder), veilige voertuigen, en hoogwaardige traumazorg. Binnen de risico-indicatoren over veilige snelheden en veilige verkeersdeelnemers zijn er vooral handhavings­gegevens geanalyseerd; deze laten veelal geen duidelijke verbetering zien als het gaat om bijvoorbeeld snelheidsovertredingen, helmdracht, gordelgebruik en lichtvoering. Landelijke metingen over apparatuurgebruik in het verkeer wijzen op een verslechtering. In Zeeland (en landelijk) is er een duidelijke trend naar meer boetes voor handheld bellen. Afleiding in het verkeer is een belangrijke risicofactor die aandacht verdient van beleidsmakers en handhaving.

Op basis van recent geactualiseerd onderzoek over de maatschappelijke kosten van verkeersonveiligheid, worden de maatschappelijke kosten van verkeersdoden en (matig en ernstig) verkeersgewonden in Zeeland geschat op gemiddeld € 0,47 miljard per jaar over 2014-2022. De totale maatschappelijke kosten van verkeersonveiligheid – inclusief lichter gewonden en ongevallen met uitsluitend materiële schade – bedragen in Zeeland naar schatting ongeveer € 0,7 miljard per jaar.

Ten slotte zijn op basis van eerder onderzoek naar prognoses van aantallen ernstige verkeersslachtoffers op nationaal niveau, de verwachtingen voor Zeeland geanalyseerd. Bij gelijkblijvend beleid lijkt er sprake te zijn van langdurige stagnatie van de daling van het aantal verkeersdoden, zowel landelijk als in Zeeland. De aantallen ernstig verkeersgewonden zullen naar verwachting sterk stijgen in de toekomst, met landelijk mogelijk een verdubbeling richting 2040. Bij ongewijzigd beleid lijkt ook in Zeeland een stijging van het aantal ernstig verkeersgewonden onvermijdelijk, mede vanwege de sterke vergrijzing. Stevig inzetten op bewezen effectieve verkeersveiligheidsmaatregelen – op het gebied van infrastructuur, gedragsbeïnvloeding en handhaving – en zo de risico’s in het verkeer verlagen, kan het toekomstig aantal slachtoffers sterk beperken.

Op basis van bovenstaande bevindingen, zijn de belangrijkste aanbevelingen:

  • Geef prioriteit aan het voorkomen van enkelvoudige ongevallen. Enkelvoudige ongevallen leiden tot steeds meer slachtoffers. Deze kunnen zo veel mogelijk voorkomen worden door een veilige weginrichting, met onder andere obstakelvrije zones en vergevingsgezinde bermen.
  • Aandacht voor wegen binnen de bebouwde kom. Een toenemend aantal slachtoffers valt op wegen in beheer van gemeenten, in Zeeland vooral op 50km/uur-wegen (binnen de bebouwde kom). De infrastructuur op deze wegen verder inrichten volgens de richtlijnen van Duurzaam Veilig kan veel slachtoffers voorkomen.
  • Blijf inzetten op de veiligheid van (oudere) fietsers. De ontwikkelingen ten aanzien van fietsers zijn minder negatief dan in Nederland als geheel, maar ook in Zeeland stijgt het aantal ernstig gewonden onder (oudere) fietsers. Het vergevingsgezind inrichten van fietsinfrastructuur, handhaving op gedrag en stimulering van helmdracht kunnen helpen aantallen slachtoffers te beperken.
  • Verbeter de metingen van risico-indicatoren. Gegevens met betrekking tot risico-indicatoren spelen een cruciale rol bij het risicogestuurd werken zoals afgesproken in het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030. De kwaliteit en beschikbaarheid van metingen van risico-indicatoren moet sterk verbeterd worden.
  • Blijf inzetten op handhaving en gedragsbeïnvloeding; dit blijven belangrijke componenten van verkeersveiligheidsbeleid. Uit de geanalyseerde cijfers lijkt vooral afleiding in het verkeer (door apparatuurgebruik) een relevant thema voor verdere gedragsbeïnvloeding en handhaving. Vanwege de risico’s blijven ook alcohol- en drugsgebruik en snelheid relevante thema’s voor gedragsbeïnvloeding en handhaving.
  • Zet in op bewezen effectieve maatregelen, binnen elk van de 3 E’s: ‘engineering’ (infrastructuur), ‘education’ (gedragsbeïnvloeding/educatie) en ‘enforcement’ (handhaving) om een reductie van het aantal ernstige verkeersslachtoffers mogelijk te maken. Wanneer dit niet gebeurt – dus bij gelijkblijvend beleid – zijn de (inter)nationale doelstellingen, maar ook de ambitie van Zeeland om te streven naar 0 verkeersslachtoffers niet realistisch.

[1]. Oude Mulders, J., et al. (2023). Achtergronden bij De Staat van de Verkeersveiligheid 2023; De jaarlijkse monitor. R 2023-12A. SWOV, Den Haag.

[2]. Sinds 2021 worden ernstig verkeersgewonden gedefinieerd als mensen die naar aanleiding van een verkeersongeval worden opgenomen in een ziekenhuis, met een letselernstscore van ten minste 3 (MAIS3+). Tot en met 2020 werden ook mensen met letselscore 2 (MAIS2) tot ernstig verkeersgewonden gerekend. Zij worden nu aangeduid als ‘matig verkeersgewonden’. Voorbeelden van MAIS2-letsels zijn botbreuken en hersenschudding met kort bewustzijns­verlies. Voorbeelden van MAIS3-letsels zijn zwaardere breuken – van schedelbasis, heup of bovenbeen – en amputatie van pols of enkel.

The 2023 State of Road Safety in the province of Zeeland

This report provides a road safety analysis for the Dutch province of Zeeland, analogous to the national State of Road Safety that SWOV publishes annually. The following topics are covered:

  • developments in the number of road deaths (2013-2022) and serious road injuries (2014-2022) in Zeeland, broken down by various characteristics such as age and transport mode;
  • developments in exposure levels, such as the mobility of different transport modes and composition of the population;
  • developments in risk, mortality and morbidity: numbers of casualties by exposure level;
  • developments in risk indicators: road features, circumstances or behaviour strongly related to road safety;
  • An interpretation of the social costs of serious road casualties in Zeeland and expectations for future numbers of casualties.

Where possible, developments in Zeeland are compared to nationwide developments. In the (national) State of Road Safety 2023, very substantial increases in numbers of serious road casualties were found, which could only partly be explained by exposure and developments in risk indicators.[1]

The main findings are:

In 2022, the number of road deaths in Zeeland amounted to 23. Unlike the national trend, the number of road deaths in Zeeland is not increasing, although there is no clear downward trend either. For breakdowns by road death characteristics, due to the annual small numbers, we compared the period 2018-2022 to 2013-2017. Then, the following stands out:

  • There were significantly fewer road deaths during the summer months of July and August in 2018-2022 than in 2013-2017.
  • In Zeeland, road deaths among car occupants decreased significantly. The significant nationwide increase in cyclist road deaths was not observed in Zeeland.
  • There were fewer deaths after crashes with a car or delivery van/truck in 2018-2022 than in 2013-2017. Among car occupants, the number of deaths after single-vehicle crashes (i.e., with no crash opponent, but with a possible collision object) remained the same, but increased for other transport modes compared to the earlier period.
  • The nationwide sharp increase in road deaths among the over-65s was not observed in Zeeland, which instead experienced a non-significant decrease. The age distribution of road deaths in Zeeland is more even than nationwide distribution.
  • In Zeeland, the number of road deaths on provincial roads decreased significantly. In contrast, the number of road deaths on municipal roads increased, especially on roads with a speed limit of 50 km/h.
  • The number of road deaths in 2023 is not yet known, but is expected to be slightly lower than in 2022.

In Zeeland, the 2022 number of estimated serious road injuries amounted to 190 (according to the new definition of serious road injuries based on injury severity MAIS3+) and the number of moderate road injuries (injury severity MAIS2)[2] to another 310. For serious road injuries, we compared 2019-2022 to 2015-2018; due to uncertainties concerning the dates, numbers are rounded to tens.

  • The total number of serious road injuries (MAIS3+) in Zeeland is slowly increasing over time, as it is nationwide.
  • The number of moderate road injuries (MAIS2) in Zeeland is stable over time, as it is nationwide.
  • Among the seriously injured road users there have lately been significantly more cyclists and more people in their seventies.
  • The entire increase in the number of seriously injured cyclists has occurred in crashes without motor vehicle involvement.
  • For 2023, the number of serious road injuries in Zeeland is not yet known; based on currently available data, it appears to be at the same level as it was in 2022.

In terms of exposure, the following stands out:

  • In Zeeland, mobility (distance travelled in passenger kilometres) decreased in 2020. Since then, car mobility increased slightly, but not back to pre-COVID-19 levels, while cycling and walking mobility are higher in 2022 than before COVID-19.
  • The population size in Zeeland is stable, although there is stronger ageing than nationally. This makes the (non-significant) decrease in road deaths among older road users even more striking.
  • In Zeeland, mortality and morbidity (respectively the number of road deaths and the number of serious road injuries per million inhabitants) are higher than nationally. This may possibly be because (part of) Zeeland is a tourist region, but this cannot be determined due to a lack of data on the mobility of foreign tourists and the casualties’ place of origin.
  • Risk (number of serious casualties per distance travelled) is highest for riders of motorised two-wheelers ((light) mopeds, motorcycles). In Zeeland, risk figures per mode of transport differ little or not at all from the nationwide picture. In the last few years, fatality risk for older road users was lower in Zeeland than nationally.
  • The risk of being seriously injured in traffic in Zeeland is roughly comparable to the nationwide risk. Here, the risk for motorised two-wheelers is somewhat lower than nationally, and the risk for older road users is also somewhat lower than the national average.

Risk indicators are, for example, road features or user behaviour strongly related to road safety, and they play an important role in a risk-driven approach, as agreed in the Strategic Plan Road Safety 2030. At the provincial level in the Netherlands, the availability of risk indicator measurements as defined by the SPV Knowledge Network is limited; there are, however, many ongoing initiatives to collect and provide access to relevant data. No provincial data are currently available on safe roads (except from risk analyses by road authority), safe vehicles, and high-quality trauma care. Within the risk indicators on safe speeds and safe road users, enforcement data were analysed; these mostly show no clear improvement when it comes to, for example, speeding, helmet and seatbelt use and correct lighting. National measurements on use of devices in traffic indicate a deterioration. In Zeeland (and nationally) there is a clear trend toward more fines for handheld calling. Distraction in traffic is a major risk factor that deserves attention from policymakers and enforcement.

Based on recently updated research on the social costs of road safety, the social costs of road deaths and (moderate and serious) road injuries in Zeeland are estimated at an annual average of €0.47 billion over 2014-2022. The total social costs of road safety in Zeeland - including slighter injuries and crashes with property damage only - is estimated to be around €0.7 billion a year.

Finally, based on previous research on projections of numbers of serious road casualties at the national level, the expectations for Zeeland were analysed. If policy remains unchanged, there appears to be long-term stagnation in the decrease of road deaths, both nationally and in Zeeland. Serious road injuries are expected to rise sharply in the future, possibly doubling nationally towards 2040. If policies do not change, an increase in the number of serious road injuries also seems inevitable in Zeeland, partly because of significant population ageing. Firmly focusing on proven effective road safety measures - in the areas of infrastructure, influencing behaviour and enforcement - and thus reducing traffic risks, can greatly reduce the future number of casualties.

Based on the above findings, the main recommendations are:

  • Prioritise the prevention of single-vehicle crashes. Single-vehicle crashes result in increasing numbers of casualties. These can, as far as possible, be prevented by safe road design, including clear zones and forgiving verges.
  • Attention for roads in urban areas. An increasing number of casualties occur on roads managed by municipalities, in Zeeland especially on 50km/h roads (in urban areas). Designing the infrastructure of these roads according to the Sustainable Safety guidelines can prevent many casualties.
  • Continue to focus on the safety of (older) cyclists. Although developments with regard to cyclists are less negative than the nationwide picture, the number of seriously injured (older) cyclists in Zeeland is also increasing. A more forgiving design of the cycling infrastructure, enforcement regarding behaviour and encouragement of helmet use can help reduce casualties.
  • Improve risk indicator measurements. Data relating to risk indicators play a crucial role in the risk-based approach as agreed in the Strategic Plan Road Safety 2030. The quality and availability of risk indicator measurements needs great improvement.
  • Continue to focus on enforcement and measures to influence behaviour; these remain important components of road safety policy. From the figures analysed, distraction in traffic (through device use) in particular seems to be a relevant theme for further influencing behaviour and for enforcement. Because of the risks, alcohol and drug use and speed also remain relevant themes for influencing behaviour and for enforcement.
  • Invest in proven effective measures within each of the 3 Es: 'engineering' (infrastructure), 'education' (influencing behaviour) and 'enforcement' to allow for a reduction in the number of serious road casualties. If this course of action is not taken - i.e., if policy does not change - the (inter)national targets, but also Zeeland's ambition to aim for 0 road casualties, are not realistic.

[1]. Oude Mulders, J., et al. (2023). Achtergronden bij De Staat van de Verkeersveiligheid 2023; De jaarlijkse monitor [Backgrounds of the State of Road Safety 2023; The annual monitor]. R 2023-12A. SWOV, Den Haag. [Summary in English]

[2]. Since 2021, serious road injuries are defined as people admitted to hospital following a road crash, with an injury severity score of at least 3 (MAIS3+). Up to and including 2020, people with injury severity score 2 (MAIS2) were also regarded as serious road injuries. They are now referred to as 'moderate road injuries'. Examples of MAIS2 injuries are broken bones and concussions with brief loss of consciousness. Examples of MAIS3 injuries are more severe fractures - of skull base, hip or upper leg - and amputation of wrist or ankle.

Rapportnummer
R-2024-3
Pagina's
71
Gepubliceerd door
SWOV, Den Haag

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.