In de afgelopen decennia is de vraag naar zowel goederen- als personenvervoer sterk toegenomen. Deze groei is tot dusver hoofdzakelijk voor rekening van het wegvervoer gegaan. Bij de vervoerwijzen over land neemt het wegvervoer 72 % van het totale aantal tonkilometers voor zijn rekening, het spoorvervoer 17 %, de binnenvaart 6 % en pijpleidingen 5 % (figuur 1). Het wegvervoer groeit het sterkst en bezit nagenoeg een monopolie. Verwacht wordt dat het wegvervoer ondanks de stijgende olieprijzen ook de komende jaren zal blijven stijgen. Omdat steeds meer op duurzame ontwikkeling wordt ingezet, moet ook aandacht worden besteed aan de milieueffecten van een dergelijke evolutie. Bovendien verschuift de klemtoon in Europa steeds meer van multimodaliteit naar co-modaliteit. Multimodaliteit draait om het complementaire gebruik van verschillende vervoerwijzen. Comodaliteit is de verantwoorde keuze van één of meer vervoerwijzen, waarbij elke vervoerwijze zich optimaal inzet voor een efficiënt en duurzaam gebruik van de natuurlijke hulpbronnen. Deze ontwikkelingen plaatsen Europa voor een meervoudige uitdaging: - uit mobiliteitsoogpunt moet het grondbeginsel van vrij verkeer van personen en goederen worden gewaarborgd; - uit economisch oogpunt moet een afweging van de kosten worden gemaakt; - uit milieutechnisch oogpunt moet rekening worden gehouden met de effecten van schadelijke emissies, geluidshinder, verkeerscongestie, ongevallen en brandstofverbruik. Er moeten dus oplossingen worden gezocht om het wegvervoer veiliger, efficiënter én minder belastend voor het milieu te maken. Een mogelijkheid is het laadvermogen van vrachtwagens te verhogen, zodat met minder voertuigen meer goederen kunnen worden vervoerd. Door langere en zwaardere vrachtvoertuigen in te zetten, vermindert het aantal voertuigen op de weg en bijgevolg ook het aantal voertuigkilometers. Dat idee ligt ten grondslag aan het zogenoemde Europese Modulaire Systeem (EMS). (Author/publisher)
Samenvatting