Het gebruik van ‘dummies’ ter preventie van overdreven snelheid.

Auteur(s)
Opdenakker, E.
Jaar
Samenvatting

Een essentiële voorwaarde voor een verhoging van de verkeersveiligheid is het respecteren van de snelheidslimieten door weggebruikers. Dit gedrag kan bevorderd worden op verschillende manieren, bijvoorbeeld door het plaatsen van radars met snelheidsaanduiding en flitscamera’s. Het is evenwel praktisch noch financieel haalbaar om dit te realiseren op het gehele wegennet. Een interessante mogelijke piste bestaat erin om zogenaamde ‘dummies’ langs de rijbaan te plaatsen. Een ‘dummy’ is een levensgroot tweedimensionaal silhouet van een politieagent of politiewagen. Deze kan weggebruikers de fysieke aanwezigheid van de politie doen vermoeden, waardoor ze veiliger gaan rijden. Eerste ervaringen in het binnen- en buitenland geven aan dat er inderdaad een daling van de snelheid optreedt. Hoewel het aantal studies over dit onderwerp tot hiertoe beperkt is, kon in enkele gevallen zelfs een significante vermindering van het aantal verkeersongevallen worden aangetoond. Vanuit deze vaststellingen wou de Vaste Commissie van de Lokale Politie nagaan wat de preventieve waarde zou kunnen zijn van het gebruik van dergelijke ‘dummies’ in België en in het bijzonder in zones 50 en schoolomgevingen. Hiervoor diende het effect op snelheidsgedrag empirisch te worden vastgesteld. Er werd een project opgezet in de politiezone Zaventem, die bereid was haar operationele ervaring en expertise in te zetten. Het BIVV stond in voor de wetenschappelijke ondersteuning en de analyse van de meetresultaten. De firma OTM leverde de ‘dummies’ aan. De resultaten van dit project tonen onmiskenbaar aan dat de gebruikte ‘dummies’ een afschrikkend effect hebben. Tijdens de periodes dat een ‘dummy’ aanwezig was, kon het BIVV op de verschillende meetlocaties een lichte, maar significante daling van de gemiddelde snelheid vaststellen. Het effect op het overtredingsgedrag was nog sterker: het percentage geobserveerde automobilisten in overtreding halveerde tijdens de plaatsing van een ‘dummy’. Na de verwijdering van de ‘dummy’ bleek de gemiddelde snelheid en het percentage overtredingen weer toe te nemen. Het effect van de ‘dummy’ is dus kortstondig. Ondanks de kortstondigheid van het effect, toont dit project aan dat het nuttig kan zijn om dergelijke ‘dummies’ in te zetten om het snelheidsgedrag te beïnvloeden. Uit internationaal onderzoek weten we immers dat zelfs een kleine daling in snelheid een positief effect hebben op de verkeersveiligheid: een daling van de snelheid met 1 km/u in een zone 50 levert immers 5,9% minder verkeersdoden op en een daling van het aantal ernstige gewonden met 4%. Door ‘dummies’ in te zetten op risicovolle plaatsen en ze regelmatig te verplaatsen (om het verrassingseffect te behouden) kan het aantal verkeersslachtoffers worden verminderd. Een dergelijke maatregel moet afgewogen worden tegenover andere alternatieven zoals het in zetten van echte politieagenten, gebruik van radars met snelheidsaanduiding of flitscamera’s. Te beschouwen randvoorwaarden daarbij zijn de werklast, de kostprijs en het draagvlak binnen de politiezone. Verder onderzoek lijkt aangewezen over de duur van het effect van ‘dummies’. Dit leert ons onder andere na welke tijdsspanne de ‘dummy’ zou moeten worden verplaatst om zijn afschrikkend effect te behouden. Het zou eveneens interessant zijn om dit proefproject te herhalen met ‘echte’ politieagenten en de resultaten te vergelijken met het effect van het gebruik van ‘dummies’. Hiermee zou kunnen worden nagegaan of een ‘dummy’ eenzelfde ontradend effect heeft als zijn ‘echte’ tegenhanger. Indien zou overgeschakeld worden op een grootschalig gebruik van ‘dummies’ dient verder onderzocht te worden of er geen negatieve effecten op de impact van echte agenten kunnen optreden. Eveneens kan een vergelijking met andere preventieve maatregelen interessante inzichten opleveren. (Author/publisher)

Publicatie

Bibliotheeknummer
20141104 ST [electronic version only]
Uitgave

Brussel, Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid BIVV - Kenniscentrum Verkeersveiligheid, 2014, 24 p., 32 ref.; Onderzoeksrapport nr. 2014-R-03-NL / D/2014/0779/23

Onze collectie

Deze publicatie behoort tot de overige publicaties die we naast de SWOV-publicaties in onze collectie hebben.