Het meten van verlichtingssterkten en luminanties bij binnenverlichting.

Auteur(s)
Normsubcommissie 351 05 001; Hietbrink, G. (voorz.)
Jaar
Samenvatting

De norm geeft de procedure voor het meten van de verlichtingssterkte (E) de luminantie (L) en de diffuse-reflectiefactoren van oppervlakken. De norm geeft eisen voor de inhoud van de meetopdracht en het meetrapport. Tevens geeft de norm eisen voor de meetapparatuur en de hulpmiddelen, noodzakelijk voor het uitvoeren van de metingen van voornoemde lichttechnische grootheden. De te meten grootheden kunnen tevens nodig zijn voor bepalen van onder meer de nuttige lichtstroom, de gemiddelde verlichtingssterkte op een oppervlak, het verlichtingsrendement, de gelijkmatigheidsindex, de specifieke lichtstroom van de installatie en de luminantieverhoudingen in een ruimte en voor de toetsing van de meetgegevens aan (computer)berekeningen en de standaardverlichtingssterkte. De norm is van toepassing voor meting en toetsing van de verlichting in en rond gebouwen.

Publicatie aanvragen

19 + 0 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.

Publicatie

Bibliotheeknummer
910444 ST [electronic version only]
Uitgave

Delft, Nederlands Normalisatie-instituut NNi, [1991], 15 p.

Onze collectie

Deze publicatie behoort tot de overige publicaties die we naast de SWOV-publicaties in onze collectie hebben.