Monitoring van het gebruik van alcohol in het verkeer

Eerste bevindingen van de regionale meetnetten
Auteur(s)
Houwing, S.; Aarts, L.T.
Jaar

Gegevens over verkeersslachtoffers bieden momenteel onvoldoende aanknopingspunten voor beleid van decentrale overheden. De regionale organen verkeersveiligheid van de provincies Gelderland (ROVG, tegenwoordig het ROV Oost-Nederland), Fryslân (ROF) en Zeeland (ROVZ) en de provincie Utrecht hebben SWOV daarom verzocht om samen met hen de monitoring van een aantal alternatieve indicatoren uit te werken. Deze alternatieve indicatoren staan in de literatuur ook wel bekend als ‘safety performance indicatoren’ of kortweg SPI’s. SPI’s zijn indicatoren voor risico­factoren die een sterke causale relatie vertonen met verkeersonveiligheid. Het werken met dergelijke indicatoren sluit bovendien aan bij een aantal lopende ontwikkelingen, waaronder het instrument van provincies om proactief verkeersveiligheid te meten en te prioriteren (ProMeV).

Uitgangspunt bij de opdracht was om te beginnen met een beperkte set indicatoren die bij de genoemde provincies op het ‘wensenlijstje’ staan en die tevens aan de definitie van een SPI voldoen. Hieruit zijn de volgende indicatoren naar vorigen gekomen: a) alcohol, b) snelheid, c) kwaliteit van de weginfrastructuur en d) fietsveiligheidsindicatoren. Dit rapport gaat in op ervaringen om tot een decentraal alcoholmeetnet te komen. Deze ervaringen zijn gebaseerd op aanbevelingen van SWOV (Houwing & Aarts, 2013).

Een decentraal alcoholmeetnet bestaat al sinds 2003 in Zeeland. Onlangs is ook in de provincie Fryslân een pilot voor een alcoholmeetnet gestart en binnenkort zullen het ROV Oost-Nederland en de politie Eenheid Oost-Nederland met een pilot van start gaan. Dit rapport beschrijft de ervaringen met de pilot van het Friese meetnet en vergelijkt deze zowel met de aanbevelingen die zijn gedaan als met het Zeeuwse meetnet dat al bestaat.

De Friese pilot levert veel informatie op die bruikbaar is voor verdere metingen binnen een decentraal alcoholmeetnet. De belangrijkste aandachts­punten zijn hierbij:

  • te zorgen voor een steekproef die voldoende groot is, en
  • te waarborgen dat de juiste verdeling van de metingen over tijd en plaats wordt gemaakt om een representatieve steekproef te krijgen die ieder jaar vergelijkbaar is met die van de voorgaande jaren.

Op basis van deze aandachtspunten wordt een aantal aanbevelingen gedaan voor het opzetten van een decentraal alcoholmeetnet ook in andere regio’s, zoals mogelijkheden voor de organisatie, timing en verzameling van gegevens.

Monitoring the use of alcohol in traffic; First results of the regional monitoring networks in the Netherlands

Currently, data on road crash casualties provide local authorities with insufficient starting points for their road safety policy. The regional road safety bodies of the Dutch provinces of Gelderland (ROVG, currently the ROV Eastern Netherlands), Fryslân (ROF) and Zeeland (ROVZ) and the province of Utrecht have therefore asked SWOV to join them in monitoring a number of alternative indicators. In literature these alternative indicators are known as ‘safety performance indicators’ abbreviated as SPIs. SPIs are indicators for risk factors that exhibit a strong causal relationship with road safety. Use of such indicators in policy ties in with a number of current developments, among which the instrument of provinces to proactively measure and prioritize road safety (ProMeV).

Starting point for the monitoring pilot was to begin the study with a limited set of indicators for risk factors that were on the ‘wish list’ of the above-mentioned provinces and that also meet the definition of an SPI. This yielded indicators for a) drink-driving, b) speed, c) quality of road infrastructure, and d) bicycle safety risks. This report discusses the experiences in creating a decentralized drink-driving monitoring network. These experiences are based on SWOV recommendations (Houwing & Aarts, 2013).

In the province of Zeeland, a decentralized drink-driving monitoring network has existed since 2003. Recently, the province of Fryslân also started a pilot with a drink-driving monitoring network, and the ROV Eastern Netherlands and the police unit Eastern Netherlands will also embark on a pilot. This report discusses the experiences gained from the pilot with the Fryslân drink-driving monitoring network and compares these with the recommendations that have been made as well as with the existing Zeeland drink-driving monitoring network.  

The Fryslân pilot will yield much information that can be used for further measurements within a decentralized drink-driving monitoring network. The most important considerations are:

  • to ensure a sample that is sufficiently large, and
  • to ensure the correct distribution of the measurements over time and place in order to get a representative sample which is comparable to that of previous years.

These considerations are used as a basis for, a number of recommendations for setting up a decentralized drink-driving monitoring network in other regions, such as possibilities for the organization, timing and data collection.

Rapportnummer
R-2015-4
Pagina's
24
Gepubliceerd door
SWOV, Den Haag

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.