Voor het ontwerpen van verkeersvoorzieningen is het van belang te weten met welke voertuigkenmerken men rekening moet houden. In CROW-publicatie 164a ‘Handboek wegontwerp –Basiscriteria’ wordt aandacht besteed aan de ‘ontwerpvoertuigen’. Echter, geconstateerd moet worden, dat de maten die voor de maatgevende trekker-opleggercombinatie worden gebruikt, onmogelijk kunnen overeenkomen met de 95-percentiel maten van opleggers die in Europa in het verkeer worden toegelaten. Het maatgevende ontwerpvoertuig in CROW-publicatie 164c ‘Gebiedsontsluitingswegen’ voldoet daar wel aan. Aanbevolen wordt om in het wegontwerp twee uitgangspunten te hanteren: • voor het ontwerp van de rijbaan uit te gaan van het combinatievoertuig dat een bestreken baan heeft, die overeenkomt met de wettelijk vastgestelde buitenstraal van 12,50 m en een bijbehorende binnenstraal van 5,30 m; • voor het ontwerpen van de afstand tot niet-overrijdbare obstakels uit te gaan van een trekker-opleggercombinatie van 22 m met starre achteras en 27 m met meesturende achteras. Voor het ontwerp van de rijbaan van rotondes wordt uitgegaan van een meer voorkomende trekker-opleggercombinatie met een minder brede bestreken baan. (Author/publisher)
Samenvatting