Project Roodlicht en snelheid PROROS

Evaluatie van het toezicht op snelheids- en roodlichtovertredingen in het kader van PROROS (1993-1997).
Auteur(s)
Oei, Ir. H.L.; Catshoek, Ir. J.W.D.; Varkevisser, G.A.; Bos, J.M.J
Jaar
In het kader van het ‘Project Rood-licht en Snelheid' (PROROS) heeft de Dienst Verkeerspolitie Amsterdam/Amstelland in de periode 1993-1997 (a)snelheidscontroles gehouden op een zestigtal wegen in Amsterdam en (b) op vier kruispunten roodlicht-camera's geïnstalleerd; op deze laatste locaties werd ook op snelheid gecontroleerd. Ad (a) Het intensieve toezicht op snelheid - op kenteken en met staandehouding - heeft plaatsgevonden van september t/m december 1993. In de maanden erna is weinig toezicht uitgeoefend. Voor het toezicht werden door de politie 61 wegvakken geselecteerd, die volgens de praktijkervaring van de politie ongunstig scoorden ten aanzien van snelheid en onveiligheid. Deze wegvakken lagen verspreid over de vijf districten Centrum, Noord, Zuid-Oost, Zuid, en West van de stad. Hierbij is onderscheid gemaakt in vier wegtypen. Twee wegvakken hebben een limiet van 70 km/uur, de overige een limiet van 50 km/uur. De SWOV heeft de campagne geëvalueerd op snelheid en op ongevallen. De evaluatie op snelheid vond plaats door middel van radarmetingen van circa 17.000 voertuigen per fase. De volgende fasering was van toepassing: fase 0 (vóórmeting) in de zomer 1993, fase 1 circa zes maanden daarna en fase 2 weer drie maanden erna. Het effect is het sterkst in fase 1 om in de erna volgende fases af te zwakken. De gemiddelde snelheid op de 50 km/ uur-wegen is in fase 1 gedaald met 2,5 km/uur. Op 70 km/uur-wegen is de daling van de gemiddelde snelheid eveneens circa 2,5 km/uur. Het percentage voertuigen dat sneller dan de limiet rijdt is echter nog hoog: op de 50km/uur-wegen 48% en op 70 km/uur-wegen 40%. De ongevallenevaluatie betrof een vergelijking van het aantal letselongevallen en slachtoffers in de maanden september t/m december in 1991+ 1992 (vóórperiode) en 1993 (campagneperiode), op de wegen waar toezicht is gehouden. Een significante daling van 25% tot 36% is gevonden. Deze daling kan worden toegeschreven aan een combinatie van een trendmatige ontwikkeling en aan de snelheidscampagne. Ad (b) De Dienst Verkeerspolitie heeft een viertal kruispunten en van ieder hiervan één rijrichting geselecteerd die qua onveiligheid en snelheid ongunstig scoort en voorzien van een camera die roodlicht- èn snelheidsovertredingen op de foto vastlegt. Ongeveer 100 meter stroomopwaarts is een waarschuwingsbord geplaatst. Er werden twee camera's gerouleerd over deze kruispunten (plus een naderhand geïnstalleerde vijfde locatie). Metingen van roodlicht- en snelheidsovertredingen werden verricht in fase 0 (in 1994) en in fase 1 (in 1997). Het percentage roodlicht-overtredingen is op alle vier kruispunten afgenomen. De snelheid is op drie van de vier kruispunten eveneens gezakt, op één kruispunt met een limiet van 80km/uur is deze sterk gestegen, een gegeven waarvoor (nog) geen verklaring is gevonden
Between 1993 and 1997, the Traffic Department of the police Amsterdam/Amstelland has conducted an enforcement project on (a) speeding on 61 roads and (b) red-light trespassing and speeding at four intersections. (a) Speed was enforced in the period September-December 1993 on 61 roads, selected on unfavourable accident and speed history. These roads were spread across the city of Amsterdam. Two roads have a speed limit of 70 km/h, the other roads have a limit of 50 km/h. SWOV conducted an evaluation study on speed and accidents. Speed was measured using radar of about 17,000 vehicles per phase. There were three phases: phase 0 in summer 1993, phase 1 about six months there after and phase 2 three months after phase 1. The effect on speed was strongest in phase 1: the average speed on 50 and 70 km/h roads was reduced with about 2.5 km/h. The percentage of speeders though was still high: 48% on 50 km/h and 40% for the 70 km/h roads. The accident evaluation compared the number of injury accidents and victims in the months September-December in 1991+1992 (before period) and 1993 (campaign period) on the roads that were enforced. A significant reduction of 25 to 36% was found. this can be ascribed to a combination of a trend movement and to the campaign. (b) Four intersections and per intersection one direction was selected, again based on accident and speed history. These intersections/directions were installed with a camera that enforces red-light and speed trespassing. Awarning sign was put 100 m up stream of the intersection. Two cameras were circulated between the four locations ( a fifth location was added later). Speed and red-light measurements were conducted in phase 0 in 1994 and phase 1 in 1997. The percentage of cars driving through red-light went down on the four intersections/directions. Speed was reduced on three intersections. One intersection having a speed limit of 80 km/h showed a strong increase in speed, for which no explanation could be given
Rapportnummer
R-97-35
Pagina's
93
Gepubliceerd door
SWOV, Leidschendam

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.