Scootmobielen in gebruik : gebruik en veiligheid van scootmobielen. Rapport van I&O Research BV in opdracht van Gemeente Enschede.

Auteur(s)
Aalders, K. & Severijn, J.
Jaar
Samenvatting

Het verstrekken van scootmobielen in het kader van de Wmo brengt voor de gemeente Enschede de vraag met zich mee in hoeverre het gebruik beantwoordt aan de doelstellingen van de verstrekking. Daartoe is (ook) inzicht nodig in de aspecten veiligheid, gebruik en het verstrekkingenbeleid, zoals deze ervaren worden door de gebruikers van de scootmobielen zélf. Om dit inzicht te verkrijgen, is een telefonische enquête uitgevoerd onder 400 Wmo-cliënten aan wie een scootmobiel is verstrekt. Per 1 augustus 2009 zijn er volgens gegevens van het Zorgloket 2.641 scootmobielen bij cliënten in gebruik. Daarvan was bijna de helft in 2006 of eerder verstrekt. Van de in gebruik zijnde scootmobielen zijn er 532 in 2007 en 586 in 2008 uitgegeven. Tot 1 augustus 2009 zijn er 387 scootmobielen verstrekt die in gebruik zijn. In het bestand is zichtbaar dat de laatste jaren de personen aan wie scootmobielen worden verstrekt ouder zijn en vaker man. Het relatief hoge aantal scootmobielen in Enschede wordt mede veroorzaakt door de sociaal-economische karakteristiek van Enschede. Door 95 procent van de bezitters van een scootmobiel wordt aangegeven dat deze regelmatig gebruikt wordt: van meermalen daags tot minimaal één maal per week. De resterende 5 procent zegt de scootmobiel zelden of nooit te gebruiken. Als reden voor dit niet-gebruik worden vooral opgevoerd het gevaarlijk vinden van het gebruik van de scootmobiel en de gezondheidssituatie. Naar mate de datum van verstrekking verder weg in de tijd ligt, neemt de frequentie van het gebruik af. De scootmobiel wordt veel gebruikt om boodschappen te doen, maar ook voor bezoek aan familie en vrienden en voor een ‘rondje in de buitenlucht’. De scootmobiel wordt het meest gebruikt voor het doen van boodschappen. Ongeveer één op de vijf bezitters van een scootmobiel heeft een cursus gehad om te leren rijden met een scootmobiel en daarmee vertrouwd te raken. De overgrote meerderheid heeft geen cursus nodig, omdat na een korte instructie en testrit blijkt dat het gebruik geen problemen zal opleveren. Wanneer de nieuwe gebruikers geen ervaring hadden met het besturen van een motorvoertuig wordt door een derde een cursus gevolgd. De cursussen worden door de cursisten goed gewaardeerd, met name voor het aspect bediening. De gebruikers van een scootmobiel zijn over het algemeen tevreden over de bediening van de scootmobiel. Een kleine minderheid van 5 procent vindt de bediening niet eenvoudig, waarbij ‘gas geven’, remmen en de positie van de hendels worden genoemd. Hoewel een grote meerderheid van de scootmobiel-bezitters het gebruik veilig vindt, zegt ongeveer één op de zes dat het gebruik veilig of zelfs zeer onveilig is. Een kwart van de bezitters van een scootmobiel heeft naar eigen zeggen wel eens een incident meegemaakt. Tweevijfde van hen (11 procent van het totaal) heeft een aanrijding gehad met een auto, scooter, fiets of scootmobiel, een derde (8 procent van het totaal) heeft een eenzijdig ongeval meegemaakt en een vijfde (6 procent van het totaal) zegt omgevallen te zijn met de scootmobiel. De bezitters van een scootmobiel gebruiken deze betrekkelijk veel. De doelstelling van stimuleren van deelname aan de maatschappij en van de zelfredzaamheid door verstrekkingen vanuit de Wmo wordt vanuit deze optiek overwegend bereikt. De groep die zegt de scootmobiel weinig of niet te gebruiken, blijft beperkt tot ongeveer 5 procent. Het niet-gebruik wordt vooral veroorzaakt door gezondheidsklachten, al dan niet van tijdelijke aard, en door onwennigheid met de scootmobiel of een onveilig gevoel bij het gebruik hiervan. Als deze laatste groepen bereikt worden en ondersteuning bij het gebruik aangeboden kan worden, bijvoorbeeld door herhaallessen, kan het niet-gebruik verder teruggedrongen worden. De gebruikers van de scootmobiel zijn overwegend tevreden over de bediening en het gebruiksgemak. Niettemin worden er door een deel van de bezitters wel opmerkingen gemaakt over bepaalde aspecten in het gebruik van de scootmobiel. Afgezien van het niet goed gebruiken van ‘gas’ en rem in stresssituaties, gaat het soms ook om onveilig gebruik. Een kwart van de gebruikers van scootmobielen zegt een incident te hebben meegemaakt van meer of minder ernstige aard. In ruim de helft van deze gevallen gaat het om incidenten die in principe veroorzaakt zijn door de gebruikers zelf. Voor het terugdringen van het aantal van deze incidenten zou extra begeleiding wellicht nuttig zijn. Te denken valt aan het oefenen in situaties die door de gebruikers als ‘moeilijk’ worden aangemerkt. Tweevijfde van de incidenten betreft aanrijdingen, waarbij de schuldvraag minder duidelijk ligt. In dit geval zou de inrichting van de openbare ruimte een bijdrage kunnen leveren aan het terugdringen van het aantal incidenten. (Author/publisher)

Publicatie

Bibliotheeknummer
20150318 ST [electronic version only]
Uitgave

Enschede, Gemeente Enschede, 2009, 11 p.

Onze collectie

Deze publicatie behoort tot de overige publicaties die we naast de SWOV-publicaties in onze collectie hebben.