Succesvol regionaal openbaar vervoer : lessen voor Nederland. In opdracht van het Directoraat-Generaal voor het Personenvervoer DGP.

Auteur(s)
Maas, C. van der Koolen, R. & Bruin, R. de
Jaar
Samenvatting

Aan het openbaar vervoer wordt in Nederland een grote rol toegedicht bij het bereiken van de doelen van het verkeer-en vervoerbeleid. Om deze in het Tweede Structuurschema Verkeer en Vervoer (SVV-II) en de nota Samen Werken aan Bereikbaarheid (SWAB) gestelde doelen te bereiken, zal de groei van het autogebruik teruggedrongen moeten worden. Om dit te bereiken zouden alternatieven voor het autogebruik gestalte moeten krijgen. Het openbaar vervoer zal een goed alternatief moeten zijn. Hiertoe moeten onder meer kwaliteitsverbeteringen in het openbaar vervoer doorgevoerd worden en push-maatregelen ingezet worden, die mensen ertoe zullen moeten bewegen de auto te laten staan en van het openbaar vervoer gebruik te maken. Momenteel zijn er rondom het openbaar vervoer een aantal ontwikkelingen gaande die tot meer kwaliteit in en -daarmee gepaard gaande-meer gebruik van het openbaar vervoer moeten leiden, namelijk verhoging van investeringen, marktwerking/concurrentie en decentralisatie. In samenhang daarmee wordt tevens verwacht van de vervoerbedrijven dat de kostendekkingsgraad een stijging laat zien tot minimaal 50% . Vooral op stadsgewestelijke of regionale schaal heeft het openbaar vervoer potenties om groei in de vervoeromvang en de kostendekkingsgraad te realiseren. Met name rond de grote stadsgewesten doen zich immers de grootste verkeer-en vervoerproblemen voor en is er tevens een groot aantal potentiële reizigers. De laatste jaren is al fors in infrastructuur voor het openbaar vervoer geïnvesteerd. Deze investeringen hebben echter nog niet alle problemen opgelost. Landelijk gezien stabiliseert het openbaar vervoergebruik de laatste jaren en hier en daar laat het zelfs een lichte daling zien. Het bereiken van een grotere vervoeromvang, een belangrijkere rol in de mobiliteit en een hogere kostendekkingsgraad zal dan ook grote inspanningen vergen. n ons omringende landen is in verschillende stedelijke gebieden een duidelijke groei te zien ·n het openbaar vervoergebruik. Daarnaast zijn de kostendekkingsgraden vaak 50% of hoger (voor rail: inclusief instandhouding infrastructuur). Vanuit bovengenoemde invalshoek is er dan ook de vraag welke openbaar vervoernetwerken op stadsgewestelijk niveau in het buitenland succesvol zijn en welke factoren daartoe bijgedragen hebben. Onder succesvol openbaar vervoer wordt in dit verband verstaan: een openbaar vervoersysteem dat hoge reizigersaantallen en een groei daarvan kent (absolute hoogte is locatieafhankelijk), een hoog of in ieder geval een groeiend aandeel in de modal split heeft, 1n hoge mate kostendekkend is , en dat een bijdrage levert aan de leefbaarheid en bere1kbaarhe·d van het gebied waarin het openbaar vervoersysteem een rol speelt. Uit informatie over deze vervoersystemen kan men lering trekken, wanneer men op korte term1Jh nieuwe openbaar vervoerprojecten in Nederland wil opzetten of kwaliteitsverbeteringen wil uitvoeren. Voor de langere termijn voorziet deze informatie in een behoefte in het kader van de visievorming met betrekking tot het regionale en stadsgewestelijke openbaar vervoer; welke rol kunnen regionale c.q. stadsgewestelijke openbaar vervoernetwerken spelen in de mobiliteit van ons land en hoe kan dit fysiek en bestuurlijk (decentralisatie en marktwerking) vormgegeven worden? In opdracht van het Directoraat-Generaal voor het Personenvervoer (DGP) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat heeft de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) een onderzoek uitgevoerd om antwoord te geven op deze vragen. (Author/publisher)

Publicatie aanvragen

1 + 1 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.

Publicatie

Bibliotheeknummer
972471 ST [electronic version only]
Uitgave

Rotterdam, Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Adviesdienst Verkeer en Vervoer AVV, 1997, 28 p.

Onze collectie

Deze publicatie behoort tot de overige publicaties die we naast de SWOV-publicaties in onze collectie hebben.