Themarapport motorrijders 2000-2007 : ongevallen met een motorfiets.

Auteur(s)
-
Jaar
Samenvatting

Tussen het referentiegemiddelde 1998-2000 en 2007 is het aantal omgekomen motorrijders op de Belgische wegen met 7% toegenomen. Deze stijging gaat in tegen de evolutie van het gemiddelde aantal verkeersdoden, dat de jongste jaren aanzienlijk gedaald is. Toch is deze stijging niet onlogisch, vermits het aantal reizigerskilometers per motorfiets tussen 1991 en 2007 meer dan verdubbeld is (toename met 169%). Het overlijdensrisico per reizigerskilometer is bij motorfietsers in 15 jaar tijd dus wel degelijk meer dan gehalveerd. Toch blijft de motor heel wat gevaarlijker dan de auto: het overlijdensrisico is maar liefst 20 keer groter dan in de auto (bij een gelijk aantal reizigerskilometers). Net als voetgangers, fietsers en bromfietsers, lopen motorfietsers de grootste averij op bij de ongevallen waarbij ze betrokken raken. Het gaat hier dus wel degelijk om zwakke weggebruikers. En in die kwetsbaarheid lijkt trouwens niet veel verandering te komen, want de ernst van de motorongevallen (aantal doden per 1000 ongevallen) is de voorbije 15 jaar ongewijzigd gebleven. Het gebruik van de motorfiets hangt nauw samen met de rijomstandigheden (overdag, droog, milde temperatuur, enz.). Daarom concentreren de motorongevallen zich rond de periode van april tot september. Vooral april is bijzonder link, want rond deze periode moeten de motorrijders opnieuw vertrouwd raken met hun voertuig. Het motorverkeer heeft deels betrekking op woon-werkverplaatsingen en deels op recreatief weekendverkeer. En ook motorrijders ontsnappen niet aan de problematiek van de weekendongevallen: ook bij hen worden er van vrijdag tot zondag verhoudingsgewijs meer en ernstiger ongevallen vastgesteld. Merk tevens op dat motorrijders zich ‘s nachts zelden in het verkeer wagen, maar als ze dit toch doen en ze een ongeval hebben, zijn de gevolgen zwaarder dan anders. En op Europees vlak staat België niet alleen met deze stijging van het aantal motorslachtoffers. Integendeel: op Europees niveau is het aandeel van de motorrijders in het totale aantal verkeersdoden zelfs sterker toegenomen dan in ons land. In het Waals Gewest doen zich zwaardere ongevallen voor dan in het Vlaams Gewest, bovendien ligt de dodentol bij de motorrijders in het zuidelijke landsgedeelte in stijgende lijn. Deze vaststelling geldt voor alle Waalse provincies, maar de situatie is het slechts in Henegouwen. Motorongevallen zijn ernstiger buiten de bebouwde kom dan op de autosnelweg of binnen de bebouwde kom. Ze komen tevens vaker voor en zijn ernstiger op doorlopende weggedeeltes (d.w.z. buiten kruispunten) dan op kruispunten of rotondes. De meeste verongelukte motorfietsers zijn mannen en in toenemende mate niet alleen jongeren, maar personen van alle leeftijden (20 — 55). Van de 136 personen die in 2007 overleden na een ongeluk op een motorfiets waren er slechts drie een vrouw. De weinige vrouwen onder de slachtoffers zijn vaak passagiers (60%). 90% van de dodelijke slachtoffers zijn op zware motorfietsen (>400cc) verongelukt. De stijging in het aantal slachtoffers gaat dan ook uitsluitend ten laste van deze categorie. De meeste dodelijke ongevallen bij motorfietsers beginnen met een aanrijding langs opzij, terwijl dit bij andere voertuigen vaker een botsing tegen een hindernis buiten de rijbaan is. Motorfietsers die in een ongeval betrokken zijn worden minder vaak op alcohol getest dan bestuurders van personenwagens en blijken minder vaak gedronken te hebben dan andere bestuurders. Bij gebrek aan betrouwbare informatie over de ongevalsoorzaken in België baseerden wij ons op de resultaten van de Europese studie MAIDS (Association des Constructeurs Européens de Motocycles.[ACEM], 2004). Deze studie leerde ons dat menselijke fouten veruit de grootste oorzaak zijn van motorongevallen, met op kop perceptiefouten van de andere weggebruiker, foute beslissingen van de motorrijder en perceptiefouten van de motorrijder. (Author/publisher) Voor het complete rapport zie: http://bivvweb.ipower.be/Observ/NL/motorrijders_nl.pdf

Publicatie aanvragen

5 + 3 =
Los deze eenvoudige rekenoefening op en voer het resultaat in. Bijvoorbeeld: voor 1+3, voer 4 in.

Publicatie

Bibliotheeknummer
20090513 ST [electronic version only]
Uitgave

Brussel, Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid BIVV, Observatorium voor de Verkeersveiligheid, 2009, 34 p., 8 ref.

Onze collectie

Deze publicatie behoort tot de overige publicaties die we naast de SWOV-publicaties in onze collectie hebben.