Verzekeraar Interpolis startte in 2015 met ‘SlimOpWeg’, een meerjarig programma met als doel het aantal verkeersongevallen terug te dringen met 25% in 2020. Binnen dit programma worden diverse methodes ontwikkeld die een meetbare bijdrage moeten leveren aan de verbetering van de verkeersveiligheid.
Twee eerdere SlimOpWeg-projecten waren gericht op de rijvaardigheid van jongeren en afleiding in het verkeer aan bod. Een derde project is gericht op kinderen in de basisschoolleeftijd: ‘WegWijs VR’, een innovatief verkeerseducatiepakket met gebruik van virtual reality (VR). Met een speciale VR-bril en een bijbehorende app kunnen de kinderen verschillende verkeerstaken oefenen in een virtuele 3D-omgeving, die bijvoorbeeld hun eigen route tussen school en thuis nabootst.
Om de effectiviteit van de WegWijs VR-methode te testen, heeft Interpolis samen met Veilig Verkeer Nederland een eerste onderzoek uitgevoerd onder basisschoolleerlingen in Nederland. Dat eerste onderzoek is uitgevoerd van december 2016 tot en met maart 2017. Er deden 645 leerlingen van 11 basisscholen in Nederland aan mee. Uit dat onderzoek kwam een aantal resultaten en aanbevelingen naar voren:
Resultaten:
- De gerapporteerde motivatie van zowel ouders en kinderen om te oefenen was hoog.
- Deelname aan ‘Wegwijs VR’ werd leerzaam gevonden.
- Ouders rapporteerden dat ze beter inzicht hebben gekregen in de verkeersvaardigheden van hun kinderen.
Aanbevelingen:
- Verbeter de betrouwbaarheid van de technische middelen, zoals de app waarmee de verkeerstaken werden aangeboden.
- Bied een gestructureerd oefenprogramma aan, bijvoorbeeld op school.
- Houd rekening met kinderen die door de VR-bril misselijk of duizelig worden.
Op basis van deze resultaten en aanbevelingen is de WegWijs VR-methode aangepast en verbeterd. Om de effectiviteit daarvan te kunnen onderzoeken, hebben begin dit jaar 446 leerlingen van 3 bassischolen in Tilburg de verbeterde training gevolgd. Op verzoek van Interpolis heeft SWOV onderzocht wat de effecten van de verbeterde training zijn op de verkeersvaardigheid van de deelnemende kinderen.
Doelstelling van het onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd in februari, maart en april 2018. De doelstelling was om vast te stellen of, en in welke mate, basisschoolleerlingen in groep 5 tot en met 8 verkeersvaardiger worden door virtuele verkeerstaken te oefenen met de WegWijs VR-methode.
Opzet van het onderzoek
De WegWijs VR-training is ontwikkeld op basis van de methodiek van Veilig Verkeer Nederland (VVN). Het bedrijf Purple heeft voor Interpolis een innovatieve app ontwikkeld waarmee kinderen verkeerstaken kunnen oefenen in een virtuele omgeving. Voor de virtuele omgeving is gebruikgemaakt van 360-graden-foto’s van Tilburg, zodat kinderen kunnen oefenen in hun eigen schoolomgeving. De training is beschikbaar voor een VR-bril of op een tablet.
Voorafgaand aan het onderzoek zijn de verschillende verkeerstaken (bijvoorbeeld het oversteken van een druk kruispunt) eerst getest. Dat is gedaan om de instructies en feedback aan kinderen, de techniek en de moeilijkheid van de taken zelf te verbeteren. Op basis daarvan is een er set van achttien zo goed mogelijk op de doelgroep afgestemde taken gevormd.
De kinderen werden ingedeeld in twee groepen: een experimentele groep, die werd onderverdeeld in een groep die met de VR-bril zou gaan oefenen en groep die met de tablet zou gaan oefenen, en een controlegroep die helemaal niet zou gaan oefenen. Beide groepen kregen eerst een korte instructie en een oefening om de VR-bril of tablet te leren bedienen. Direct daarna kregen alle kinderen via de VR-bril of tablet een verkeersvaardigheidstoets met achttien verschillende (virtuele) verkeerstaken voorgelegd. Voor elke taak moesten de kinderen een aantal specifieke handelingen verrichten die cruciaal worden geacht voor hun veiligheid (‘kijken’, ‘de juiste plek op de weg kiezen’). Een taak werd pas beoordeeld als ‘veilig uitgevoerd’ als alle relevante handelingen volgens een vastgesteld protocol correct waren volbracht.
Na deze toets ging de experimentele groep zes weken lang, twintig minuten per week, in dezelfde volgorde de achttien (virtuele) verkeerstaken oefenen met de VR-bril of tablet. Ongeveer een derde van de deelnemers gebruikte de tablet, alle andere kinderen startten met de VR-bril. Circa 30% daarvan stapte later over op de tablet omdat ze misselijk of duizelig werden van de VR-bril. De controlegroep oefende in deze periode geen verkeerstaken. Na deze zes weken kregen alle kinderen weer de oefening om de VR-bril of tablet te leren bedienen. Dit om zo veel mogelijk uit te sluiten dat een eventueel verschil in verkeersvaardigheid zou worden veroorzaakt door een verschil in vaardigheid met de instrumenten. Het onderzoek werd afgesloten met dezelfde verkeersvaardigheidstoets voor zowel de experimentele als de controlegroep. Zowel voorafgaand als na de trainingsperiode kregen de ouders van de kinderen een online-vragenlijst toegestuurd. Daarin stonden vragen over de risicoperceptie en de ingeschatte verkeersvaardigheid van het kind.
Resultaten, conclusies en aanbevelingen
1. De verkeersvaardigheid van kinderen verbetert in een VR-omgeving door te oefenen met WegWijs VR
Kinderen die met WegWijs VR oefenden, voerden in een virtuele omgeving significant meer verkeerstaken veilig uit dan de controlegroep. In de voormeting werd gemiddeld 16% van de verkeerssituaties veilig uitgevoerd, en dit steeg naar 49% in de nameting. Daarbij maakt het niet uit of de kinderen oefenen met de VR-bril of met de tablet. Bij de controlegroep is vrijwel geen verandering gemeten (gemiddeld +1%). Daarmee is de WegWijs VR-training – voor zover bekend - het eerste verkeerseducatiemiddel in Nederland dat wetenschappelijk op gedragseffecten is getest binnen een virtuele omgeving en daar positieve resultaten heeft laten zien.
Aanbeveling
De resultaten geven aanleiding om de WegWijs VR-training op grotere schaal aan te bieden. Zorg dat de resultaten goed worden gemonitord. Besteed daarbij ook aandacht aan de mate waarin de kinderen de geleerde vaardigheden blijven onthouden, zodat ze die ook in de praktijk kunnen toepassen. Dat kan bijvoorbeeld door na twee of drie weken een extra toets af te nemen.
2. De leerresultaten met de VR-bril en de tablet zijn vergelijkbaar
Over het algemeen treden dezelfde leereffecten op bij de groep met de VR-bril als bij de groep met de tablet versie. Het is wel zo dat bij een beperkt aantal relatief belangrijke handelingen die tijdens verkeerstaken moeten worden verricht (zoals kijkgedrag), de groep met de VR-bril iets beter presteert dan de groep met de tablet. Ze voeren deze handelingen zowel in de voormeting als in de nameting vaker correct uit met de VR-bril.
Aanbeveling
De tablet een goed alternatief voor de VR-bril. De tablet-versie moet daarom beschikbaar blijven binnen de WegWijs VR-methode.
3. Groep 5 leert minder sterk dan groep 6, 7 en 8
Alle groepen die oefenden met de verkeerstaken (groep 5 t/m 8), zijn significant gestegen in hun verkeersvaardigheid binnen de VR-omgeving. In het algemeen leren de kinderen uit groep wel 5 minder dan de groepen 6,7 en 8. Het gaat dus om de jongste deelnemers met mogelijk de minste relevante ervaring met de verkeerstaken.
Aanbeveling
Vanuit het belang om de gewenste vaardigheden zo vroeg mogelijk te leren, zullen kinderen van groep 5 wel bij de WegWijs VR-training betrokken moeten blijven. Mogelijk kunnen de resultaten voor groep 5 worden verbeterd door de training voor die kinderen op een later moment te herhalen.
4. Herhalen van taken leidt in eerste instantie tot betere vaardigheden
Uit het onderzoek blijkt dat de vaardigheden van kinderen significant verbeteren door de verschillende taken meerdere keren te herhalen. Na in totaal 40 tot 50 keer de taken te oefenen (niet elke taak zo vaak herhalen, maar een totaal van 40 tot 50 taken afkomstig uit de 18 beschikbare taken) is er geen verdere verbetering meer waar te nemen.
Aanbeveling
Handhaaf de huidige duur van de training (zes weken, 20 minuten per week), waarbij het oefenen van 40 tot 50 taken optimaal lijkt.
5. Bepaalde verkeerstaken blijven moeilijk veilig uit te voeren
Bij sommige ingewikkelde verkeerstaken blijft het voor veel kinderen ook na het herhaald oefenen (zie punt 4) moeilijk om bepaalde handelingen veilig uit te voeren. Daarbij gaat het vooral om een combinatie van handelingen, zoals naar links kijken tijdens het oversteken. Dit doet circa 20% correct in de nameting.
Aanbeveling
Ga na of aangepaste feedback kan bijdragen aan een verbetering van de leerprestatie voor deze ingewikkelde handelingen.
6. Zowel ouders als kinderen vinden de WegWijs VR-training leuk en leerzaam
Dit geldt voor zowel de groep die met de VR-bril oefende als voor de tablet-groep. Ongeveer twee derde van de ouders (64%) gaf aan dat ze de training (erg) leerzaam vonden voor hun kinderen. Van de kinderen zelf vond circa 65% de training leerzaam en 80% vond het (erg) leuk. De groep die oefende met de tablet vond het iets vaker (erg) leuk (83%) dan de groep met de VR-bril (77%). Er is echter geen verschil in het rapportcijfer dat ze voor WegWijs VR geven: dat is circa een 8.
Aanbeveling
Het onderzoek laat zien dat er bij de doelgroep behoefte en draagvlak is voor verdere uitrol van de WegWijs VR-methode. De samenwerking tussen ouders, school en kind is daarbij van cruciaal belang.
7. De volgende stap: veilig handelen in de praktijk
Kinderen hebben door de WegWijs VR-training geleerd om in een VR-omgeving belangrijke verkeerstaken veiliger uit te voeren. Een logische vraag, die ook voor andere verkeerseducatiemethoden geldt is, is of kinderen daardoor in staat zijn om ook in de praktijk op straat echt veiliger te handelen.
Aanbeveling
Er is verder onderzoek nodig naar de relatie tussen veilig handelen in een VR-omgeving en het ‘echte’ verkeersgedrag op straat. Advies is om in WegWijs VR impulsen in te bouwen zodat ouders/verzorgers de verkeerstaken met de kinderen ook in de praktijk gaan oefenen voor een maximaal effect.
Limitaties van het onderzoek
- Over het algemeen mag worden verwacht dat de effecten van de WegWijs VR-training generaliseerbaar zijn. De drie deelnemende scholen zijn niet per se representatief voor alle basisschoolleerlingen in Nederland. Zo zouden de absolute scores op de verkeerstaken kunnen verschillen.
- De vraag is in hoeverre leren in een virtual reality-omgeving kan worden vertaald naar de praktijk. Met andere woorden: zijn de kinderen in staat om het geleerde ook in het ‘echte’ verkeer op straat uit te voeren? Om die vraag te kunnen beantwoorden, is verder onderzoek nodig.