Verkeersveiligheid, wiens verantwoordelijkheid is het eigenlijk?

Over ‘eigenzinnige burgers’ en ‘paternalistische overheden’
Auteur(s)
Twisk, D.A.M.
Jaar

Zou het niet beter zijn voor de verkeersveiligheid, als – meer dan nu – de verantwoordelijkheid daarvoor bij burgers zelf wordt gelegd? Immers, het merendeel van de ongevallen wordt door onveilig gedrag veroorzaakt. Deze vraag past in de trend om op vele beleidsterreinen verantwoordelijkheden die nu nog bij overheden liggen naar burgers te verschuiven. Meer eigen verantwoordelijkheid zou minder regulerend zijn en meer tegemoetkomen aan het streven van burgers naar meer keuzevrijheid. Bovenal – zo wordt verondersteld – zou het efficiënter en effectiever zijn. De voorliggende verkenning is een analyse van de effecten van een dergelijke verschuiving op de verkeersveiligheid. Daarbij worden drie vormen van eigen verantwoordelijkheid onderscheiden: als taak, als vermogen en als deugd. De verkenning is gebaseerd op kennis over het gedrag van burgers, kennis uit de politieke filosofie en de psychologie, en kennis over kenmerken van effectieve maatregelen.

Allereerst plaatst de verkenning het begrip ‘verantwoordelijkheid’ in een historisch politiek-filosofisch kader. Daaruit blijkt dat de macht van overheden om maatregelen te kunnen treffen die ten koste gaan van de vrijheid van burgers, grotendeels gelegitimeerd wordt door de veiligheid en de bescherming die de overheid haar burgers daardoor kan bieden. De overheid heeft namelijk een fundamentele taakverantwoordelijkheid voor de veiligheid van burgers. Dat dit nog steeds zo is, is zichtbaar in recente maatschappelijke ontwikkelingen waarin de overheid juist haar positie op het gebied van veiligheid versterkt. Tegelijkertijd worden burgers op terreinen zoals gezondheidszorg, sociale zekerheid en oudedagsvoorziening steeds meer zelf verantwoordelijk.

Zouden overheden er wel voor kiezen om verantwoordelijkheden over te dragen naar verkeersdeelnemers – bijvoorbeeld door hem meer keuzevrijheid te geven – dan wordt het verkeer daar eerder onveiliger dan veiliger van. Ten eerste kunnen verkeersdeelnemers er zelf wel voor kiezen zich veilig te gedragen, maar zijn zij slechts deels bij machte zich te verdedigen tegen onveilig gedrag van anderen. Voor die bescherming zijn ze afhankelijk van overheden.

Ten tweede zijn verkeersdeelnemers beperkt als het gaat om verantwoordelijkheid als vermogen. Zij zijn bijvoorbeeld slecht in het beoordelen van gevaar. Ze onderschatten onbewust grote verkeersrisico’s, overschatten relatief kleine risico’s en zijn bovendien te optimistisch over de mogelijkheid om met hun vaardigheden de risico’s te kunnen beheersen. Deze beoordelingen zijn nauwelijks te beïnvloeden en veroorzaken onveilige keuzes als deze onbegrensd blijven door effectieve maatregelen. Overheden bepalen die grenzen, zodat niet het recht van de sterkste geldt, maar het verkeer toegankelijk en veilig blijft voor iedereen.

Ten derde, ook met meer eigen verantwoordelijkheid zullen verkeersdeelnemers fouten blijven maken. Fouten maken is menselijk. En fouten in het verkeer komen vaker voor als het verkeerssysteem niet ‘mensvriendelijk’ is ingericht en daardoor deze fouten uitlokt. De inrichting van het verkeerssysteem zelf heeft de grootste invloed op het gedrag en daarmee op de veiligheid van verkeersdeelnemers. Alleen overheden en wegbeheerders – niet burgers – zijn taakverantwoordelijk voor die inrichting. Burgers hebben die verantwoordelijkheid niet. Zij zijn wel taakverantwoordelijk voor hun keuzes in het verkeer zelf, zoals het opvolgen van verkeersregels.

Naast deze taakverantwoordelijkheid speelt in het verkeer ook de ‘verantwoordelijkheid als deugd’: burgers blijken zich uit eigen beweging actief in te zetten voor verkeersveiligheid. Dit is bijvoorbeeld lokaal terug te zien in activiteiten voor een veilige buurt en landelijk in acties gericht op politieke aandacht en besluitvorming.

Al met al concluderen we dat – behalve als het gaat om de eis dat verkeersdeelnemers zich aan regels houden – het verkeer niet veiliger zal worden als burgers als verkeersdeelnemers meer eigen verantwoordelijkheid krijgen.

Rapportnummer
R-2019-31
Pagina's
40
Gepubliceerd door
SWOV, Den Haag

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.