Berekening risicotoename bij overschrijding van de snelheidslimiet

Auteur(s)
Temürhan, M.
Jaar

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM) heeft een toolkit ontwikkeld ter ondersteuning van provincies, gemeenten, waterschappen en maatschappelijke organisaties bij de regionale communicatie over rijsnelheden op het onder­liggende wegennet waar decentrale overheden verantwoordelijk voor zijn:

  • 30km/uur-verblijfsgebied;
  • 50km/uur-weg bibeko;
  • 60km/uur-verblijfsgebied;
  • 80km/uur-weg bubeko.

IenM wil met de communicatiemiddelen inzichtelijk maken dat vaak voorkomende limietoverschrijdingen (tot 20 km/uur boven de limiet) een aanzienlijke risicoverhoging met zich meebrengen. Dit kan geïllustreerd worden aan de hand van overlijdenskans bij botsing met een voetganger en remweg bij verschillende snelheden en limietoverschrijdingen. IenM heeft SWOV gevraagd om de benodigde gegevens hiervoor te leveren.

Dit rapport bevat de tabellen en de grafieken voor de overlijdenskans van voetgangers bij een botsing met een auto bij verschillende rijsnelheden. Daarnaast bevat het de tabellen en grafieken voor de remweg bij verschillende rijsnelheden, bij droog en nat weer.

Op 30-, 50- en 60km/uur-wegen zien we dat de kans op overlijden van een aangereden voetganger grofweg verdubbelt, wanneer de auto 10 km/uur boven de limiet rijdt. Nemen we de 50km/uur-weg als voorbeeld, dan overlijdt bij een botssnelheid van 50 km/uur ongeveer 1 op de 10 voetgangers. Bij 60 km/uur (10 km/uur harder dan toegestaan) overlijden er al 2 op de 10 voetgangers en bij 70 km/uur (20 km/uur boven de limiet) overlijden er ruim 3 op de 10.

Ook de remweg neemt toe bij limietoverschrijding. Bij een noodstop op droog wegdek van bijvoorbeeld een 50km/uur-weg, neemt de remweg met ongeveer 30% toe als men 10 km/uur boven de limiet rijdt. Dit is een extra remweg van 8 m. Rijdt men in droge omstandigheden 70 km/uur (20 km/uur boven de limiet), dan is de extra remweg bij een noodstop 17 m, ofwel ongeveer 65% langer dan bij de limietsnelheid van 50 km/uur.

Op nat wegdek is de remweg bij een noodstop aanzienlijk langer dan bij droge omstandigheden. Dit geldt zowel voor de remweg bij de geldende limietsnelheid als voor de extra remweg die nodig is bij limietoverschrijding.

De tabellen in Hoofdstuk 3 bevatten de informatie voor alle onderzochte limietsnelheden en –overschrijdingen.

Calculating the increase in fatality risk when exceeding the speed limit

The Ministry of Infrastructure and the Environment (IenM) in the Netherlands has developed a toolkit to support the provinces, municipalities, water boards and regional community organisations in their communication about driving speed on the underlying road network which decentralized authorities are responsible for:

  • 30 km/hour residential area;
  • urban 50 km/hour road;
  • 60 km/hour residential area;
  • rural 80 km/hour road.

One of the purposes of this communication toolkit is to make the users understand that the most common exceeding of the speed limit by drivers (up to 20 km/hour above the limit) increases the fatality risk for vulnerable road users considerably. This can be illustrated by the fatality rate in the event of a collision between a pedestrian and a car at different driving speeds and excess speeds. IenM has asked SWOV to supply the required data.

This report presents the tables and graphs for the fatality rate of pedestrians in a collision with a car at different travel speeds. Furthermore, it contains the tables and graphs for the braking distance for different driving speeds, in dry and in wet weather conditions.

On 30, 50 and 60 km/hour roads the pedestrian’s fatality rate roughly doubles when the car exceeds the limit by 10 km/hour. On a 50 km/hour road, for example, about 1 in 10 pedestrians dies at an impact velocity of 50 km/hour. At 60 km/hour (10 km/hour above the limit) 2 in 10 pedestrians sustain fatal injury and a crash at 70 km/hour (20 km/hour above the limit) is fatal for more than 3 in 10 pedestrians.

The braking distance also increases at higher speeds. For example, an emergency manoeuvre on the dry surface of a 50 km/hour road, increases the braking distance by about 30% at 10 km/hour above the limit. This is an extra distance of 8 m. If, also in dry conditions, the driving speed is 70 km/hour (20 km/hour above the limit), the extra braking distance at an emergency stop is 17 m, or approximately 65% longer than at the speed limit of 50 km/hour.

On a wet road surface the braking distance at an emergency stop is considerably longer than in dry conditions. This applies to both the stopping distance at the speed limit in force and for the extra braking distance that is required when the limit is exceeded.

The tables in Chapter 3 contain the information for all speeds according to the speed limit and for the excess speeds that were investigated.

Rapportnummer
R-2016-19
Gepubliceerd door
SWOV, Den Haag

SWOV-publicatie

Dit is een publicatie van SWOV, of waar SWOV een bijdrage aan heeft geleverd.