Hoe ziet het EU-beleid voor verkeersveiligheid eruit?

Antwoord

Voor de verkeersveiligheid heeft de Europese Unie (EU) al jaren ambitieuze strategieën en doelstellingen die erop gericht zijn om samen met de lidstaten het aantal verkeersdoden en ook het aantal ernstig verkeersgewonden op de Europese wegen drastisch terug te brengen. De EU hanteert daarbij de Safe System-benadering en gaat dus uit van een integrale aanpak van de verschillende elementen van het verkeerssysteem, gebaseerd op de menselijke kwetsbaarheid en feilbaarheid (zie de SWOV-factsheet Duurzaam Veilig Wegverkeer). Een overzicht van relevante Europese beleidsdocumenten staat op: ec.europa.eu/transport/road_safety/home_nl

Voor de periode 2021-2030 en voor 2050 heeft de Europese Commissie opnieuw concrete veiligheidsdoelstellingen geformuleerd [28] [29]:

  • Een afname van het aantal verkeersdoden van 50% tussen 2021 en 2030.
  • Een afname van het aantal ernstig verkeersgewonden (volgens de gezamenlijke geaccepteerde nieuwe definitie; zie de vraag Hoe vergelijkbaar en betrouwbaar zijn internationale gegevens?) van 50% tussen 2021 en 2030.
  • Zo dicht mogelijk bij nul verkeersdoden in 2050.

Ook eerdere Europese doelstellingen gingen uit van een halvering van het aantal verkeersdoden in tien jaar (2001-2010 [30] en 2011-2020 [31]). Voor de periode 2021-2030 is voor het eerst ook een doelstelling voor ernstig verkeersgewonden geformuleerd. Overigens zijn individuele lidstaten niet verplicht de Europese doelstellingen over te nemen. Ze zijn vrij om geen, of eigen doelstellingen te formuleren.

De Europese doelstellingen moeten worden gehaald door het verkeersveiligheidsbeleid te baseren op de Safe System-benadering en niet alleen naar ongevallen en slachtoffers te kijken, maar ook naar de belangrijkste prestatie-indicatoren. In het Strategisch actieplan voor de verkeersveiligheid (2021-2030, Bijlage 1 van [28]) zet de Europese Commissie in op de volgende sporen om de hiervoor genoemde doelstellingen voor de periode 2021-2030 te realiseren:

  1. Een verbeterd bestuur en beheer (governance) voor verkeersveiligheid, waarbij gebruikgemaakt wordt van kernprestatie-indicatoren (KPI’s) en het instellen van een Europese ambassadeur voor verkeersveiligheid.
  2. Een sterkere financiële ondersteuning van verkeersveiligheidsinitiatieven.
  3. Veilige wegen en wegkanten door gebruik te maken van risicogestuurde methodes op alle primaire wegen, ook als deze geen deel uitmaken van de trans-Europese netwerken (TEN-T).
  4. Veilige voertuigen door het verplichten van bepaalde veiligheidsmaatregelen, zoals slimme rij-assistenten en autonome remsystemen.
  5. Veilig weggebruik en gedrag, zoals het dragen van gordels en helmen, en systemen zoals intelligente snelheidsassistentie (ISA) en alcoholslot-interfaces.
  6. Snelle en effectieve hulp in geval van nood, waarbij gekeken wordt naar de eCall en de rol van de gezondheidssector.
  7. Het toekomstbestendig maken van verkeersveiligheid met het oog op onder andere smart mobility, cybersecurity en geautomatiseerde voertuigen in gemengd verkeer, maar ook met het oog op de kwetsbare verkeersdeelnemer.
  8. De rol van Europa wereldwijd en het exporteren van verkeersveiligheid, met als eerste belang de buurlanden in de Westerse Balkan, het Oostelijk Partnerschap en Turkije.
Onderdeel van factsheet

Nederlandse verkeersveiligheid in internationaal perspectief

Deze factsheet plaatst de verkeersveiligheid in Nederland in internationaal perspectief.

Deze factsheet gebruiken?