Er kwamen in de periode 2009-2018 jaarlijks gemiddeld 51 jonge bestuurders en passagiers (18-24 jaar) om het leven in het verkeer[i] (Bron: CBS; Afbeelding 1).
Afbeelding 1. Het aantal jonge (18-24 jaar) bestuurders en inzittenden van personenauto’s dat als gevolg van een verkeersongeval is overleden in 2009 tot en met 2018 (Bron: CBS).
In geregistreerde ongevallen[ii] waarin jonge automobilisten betrokken waren, kwamen in de periode 2015-2019 per jaar gemiddeld 92 mensen om[iii] (BRON, 2015-2019). Hiervan was 36% de jonge automobilist zelf en 21% was een passagier van de jonge automobilist uit dezelfde leeftijdsgroep. Ter vergelijking: bij dodelijke ongevallen waar automobilisten van 30 tot 65 jaar bij betrokken waren, was 40% van de overledenen een eigen auto-inzittende. Slachtoffers onder de tegenpartij van jonge automobilisten zaten wat vaker in een auto (52%), maar minder vaak op een fiets (25%) dan slachtoffers van automobilisten van 30 tot 65 jaar, zie Afbeelding 2 (BRON, 2015-2019).
Afbeelding 2. Overleden slachtoffers onder de tegenpartij naar vervoerswijze, bij ongevallen met jonge automobilisten (18-24 jaar) of automobilisten van 30 tot 65 jaar (BRON, 2015-2019).
[i] Vanaf 2019 is deze uitsplitsing van data niet meer beschikbaar.
[ii] Hoewel dit geregistreerd aantal verkeersdoden af kan wijken van het werkelijke aantal, verwachten we dat de geregistreerde aantallen voor jonge automobilisten redelijk compleet is.
[iii] We hebben de periode 2015-2019 uitgekozen omdat er in 2014 en 2020 trendbreuken in de data zitten: in 2014 vanwege registratieverschillen en in 2020 vanwege de invloed van de corona-pandemie op de mobiliteit.