Algemene limieten
Een automobilist hoort de algemene limieten binnen en buiten de bebouwde kom te kennen en zich hieraan te houden. Een expliciet limietbord is niet noodzakelijk; de limiet blijkt uit andere borden zoals begin en einde bebouwde kom (H01/H02), begin/einde autoweg (G03/G04) of autosnelweg (G01/G02). Via specifieke belijning en markeringen (essentiële herkenbaarheidskenmerken) kan informatie over het wegtype en het daar gewenste (snelheids)gedrag worden ondersteund ([23]; zie ook de SWOV-factsheet Principes voor veilig wegontwerp).
Begin/einde bebouwde kom: |
||
Begin/einde autoweg: |
||
Begin/einde autosnelweg: |
Andere limieten
Andere snelheidslimieten zijn met limietborden aangegeven langs de weg (begin: A01; eind: A02) of boven de weg, al dan niet met een onderbord als het gaat om een tijdsafhankelijke limiet. Informatie over de snelheidslimiet wordt soms ook gegeven op hectometerborden (BB07) en in toenemende mate in de auto, over het algemeen via een navigatiesysteem. De via een navigatiesysteem gegeven informatie over de snelheidslimiet is lang niet altijd correct en (daarom) niet rechtsgeldig.
Adviessnelheden
Naast aanduiding van de formele maximumsnelheid, zijn er borden met adviessnelheden (A04) en einde adviessnelheden (A05). Deze worden plaatselijk toegepast, bijvoorbeeld bij een gevaarlijke bocht of een ander gevaarlijk punt. Hierbij gaat het dus om een advies, niet om een verplichting.
Limietborden: |
||
Hectometerborden: |
|
|
Adviessnelheden: |