Hoe ziet een 30km/uur-gebied eruit?

Antwoord

In 30km/uur-gebieden mengen langzaam en gemotoriseerd verkeer. Dat wil zeggen dat er in principe voor fietsers geen aparte voorzieningen zijn, en soms ook niet voor voetgangers. Doorgaand autoverkeer wordt geweerd door een beperkt aantal toegangen (inritten) tot de gebieden, door het instellen van eenrichtingsverkeer of door het aanbrengen van een ‘knip’ in een voorheen doorgaande route [1]. Een lage snelheid wordt fysiek afgedwongen door bijvoorbeeld drempels, plateaus, wegversmallingen of zigzagverleggingen van de wegas [2].

Het begin en einde van een 30km/uur-gebied moeten duidelijk herkenbaar zijn door een poortconstructie: met borden, ondersteund door een in- en uitritconstructie. Binnen een 30km/uur-gebied heeft verkeer van rechts voorrang; er zijn in beginsel geen voorrangswegen of -kruispunten. Uitzonderingen hierop vormen hoofdfietsroutes en busroutes: daarop zijn voorrangskruispunten toegestaan. Bij het verlaten van een 30km/uur-gebied moet, vanwege de uitritconstructie, aan alle andere verkeer voorrang worden verleend.

A01-30-ZB
Zone met maximumsnelheid 30

A02-30-ZE
Einde zone met maximumsnelheid 30

Erftoegangsweg eindigend in uitritconstructie (Bron: CycloMedia)

Sobere inrichting

Veel van de 30km/uur-gebieden zijn in het verleden ‘sober’ ingericht. Soms bestaat de inrichting alleen uit het plaatsen van een Zone 30-bord, soms zijn de snelheidsremmende maatregelen beperkt tot 'gevaarlijke' locaties, bijvoorbeeld een plateau of een minirotonde op een kruispunt [3] . Deze sobere inrichting is vooral aanbevolen bij de implementatie van het startprogramma Duurzaam Veilig, dat eind 1997 van start ging (zie ook de SWOV factsheet Duurzaam Veilig wegverkeer). Doel was om in korte tijd tegen betrekkelijk lage kosten veel 30km/uur-gebieden te realiseren. Deze sobere inrichting was niet bedoeld als eindsituatie, maar als overgangssituatie naar een volledigere inrichting. In de praktijk zijn de meeste van deze sober ingerichte 30km/uur-gebieden tot nu toe echter sober gebleven [4] .

30km/uur-wegen

Naast 30km/uur-gebieden zijn er ook op zichzelf staande 30km/uur-wegen. Deze liggen zowel binnen als buiten de bebouwde kom. 30km/uur-wegen zijn over het algemeen alleen voorzien van een 30km/uur-limietbord: infrastructurele maatregelen om de snelheidslimiet te ondersteunen ontbreken meestal. Vaak hebben deze wegen naast een verblijfsfunctie ook een ontsluitingsfunctie. Dan moet een 30km/uur-weg gezien worden als een ‘grijze weg’. Een ‘grijze weg’ kan worden gedefinieerd als een weg met meerdere functies, namelijk stromen en toegang bieden, waarbij door (meestal ruimtelijke) omstandigheden maar beperkt aan de functionele en operationele eisen kan worden voldaan. Gebruik en ontwerp zijn dus niet goed in overeenstemming (zie ook de SWOV factsheet Principes voor veilig wegontwerp).

A01-30 maximum snelheid 30

Onderdeel van factsheet

30km/uur-gebieden

Een 30km/uur-gebied wordt ook wel een ‘zone 30’ of ‘verblijfsgebied’ genoemd.

Deze factsheet gebruiken?